Bellen in de trein: mag het wat socialer?
Relaties gaan uit, conflicten op het werk worden besproken, vervelende buren uitvoerig van commentaar voorzien. Als je het treft, kun je in de trein met van alles meegenieten. Ongegeneerd vliegen soms de meest persoonlijke dingen door de coupé. Nog vaker gaan de op luide toongevoerde gesprekken helemaal nergens over. „Ho-ooi, ik stond net in de rij voor het pinautomaat en toen gebeurde er niets... Bla bla bla, doe-oei.”
Naast harde muziek, volle vuilnisbakken en vieze banken behoort schreeuwerig bellen tot de belangrijkste irritaties in de trein. De Nederlandse Spoorwegen vragen in hun huisregels van passagiers of ze in de trein rustig willen bellen. De NS beloofden een paar jaar terug, in 2008, dat conducteurs meer zouden optreden tegen luidruchtige bellers. Daarnaast riepen de spoorwegen de reizigers ertoe op medepassagiers desnoods aan te spreken. Tot nog toe lijken de maatregelen weinig effect te hebben gehad.
In de Verenigde Staten kiezen de spoorwegen soms voor daadkrachtiger maatregelen. De 39-jarige Lakeysha Beard zat op 18 mei in de trein van Oakland naar Salem in de staat Oregon: een treinreis van zestien uur. Er kwamen bij het treinpersoneel verschillende klachten binnen over de luidruchtig bellende Beard, waarop de conducteur haar verzocht met bellen te stoppen. Beard bleef echter doorpraten, waarna de machinist een straffe maatregel nam: hij zette de trein stil en liet Beard verwijderen. Tot woede van Beard, die zich respectloos behandeld voelde. Tja.
Beard doet er goed aan niet naar Japan op vakantie te gaan. Daar geldt het als zeer ongepast om in de trein te bellen. Mensen sms’en, spelen games en werken op hun iPad in de trein, maar bellen doen ze niet. In de intercitytreinen mag het wel, maar dan alleen in de ruimtes tussen de treinstellen. Als iemand gebeld wordt, verlaat hij of zij direct zijn plek om in een dergelijke ruimte het gesprek te voeren. In Japan schijnen er in de treinen rond zitplaatsen voor ouderen en gehandicapten zelfs bordjes te hangen met het verzoek de mobiele telefoon uit te zetten. Het apparaat zou eventueel storingen kunnen veroorzaken aan pacemakers of andere medische apparatuur in het lichaam.
Onze zuiderburen hangen in de treinen ook vermanende bordjes voor bellers op. „Niet iedereen hoeft te weten dat u uw lief ”mijn konijntje” noemt. Bel discreet”, staat er op bordjes in de coupés te lezen.
Het is voor Nederlands wellicht te veel gevraagd om Japans gedrag te gaan vertonen. Die cultuur is voor ons al te wellevend. Wij lopen ook niet met mondkapjes op wanneer we verkouden zijn zodat we anderen niet zullen besmetten. Maar bordjes zoals bij de zuiderburen zijn misschien een goede eerste stap naar een socialer belgedrag in het openbaar vervoer. Een beetje moralistisch, maar zonder dat gaat het blijkbaar niet.
Fatsoen bij het bellen in een openbare omgeving heeft uiteraard alles met etiquette te maken. Oude Nederlandse etiquetteboeken, zoals ”Hoe hoort het eigenlijk?” van Amy Groskamp-ten Have, bevatten al aanwijzingen voor belgedrag. „Met gebruik van andermans telefoon zij men altijd zeer bescheiden”, maande het boek van Groskamp-ten Have in 1947. „Zij, die hoesten en proesten van verkoudheid zullen géén gebruik maken van andermans telefoon.”
Een recente heruitgave (2007) van dit werk, geredigeerd door Reinildis van Ditzhuysen, geeft verschillende aanwijzingen voor belgedrag die meer bij de huidige tijd aansluiten. „Als u wordt gebeld in gezelschap, verontschuldig u dan en houd het kort”, stelt het boek onder meer. Maar ook: „Het is ongepast om ongegeneerd te gaan bellen in openbare gelegenheden, zoals in de winkel of trein.” En, niet onbelangrijk: „Bel niet te hard.”
Je hoeft dus niet naar Japan om een beetje fatsoen te leren. De aanwijzingen van Van Ditzhuysen zijn op Nederlandse maat gesneden: ze geven ruimte voor korte gesprekjes in de trein, maar het moet niet te dol worden.
Reageren? buza@refdag.nl