Bestaan snelwegschutter onwaarschijnlijk
DRIEBERGEN (ANP) – Politie en justitie denken dat er nooit iemand is geweest die op snelwegen auto’s heeft beschoten. De zogenoemde snelwegschutter is na uitgebreid onderzoek niet gevonden. De oorzaak van het sneuvelen van autoruiten is niet in alle gevallen bekend, in sommige gevallen was sprake van steenslag.
Dat hebben het Korps landelijke politiediensten (KLPD) en het Openbaar Ministerie (OM) vrijdag bekendgemaakt. Tussen augustus en november waren er 179 incidenten, de meesten vonden plaats rond Rotterdam. Al snel was er sprake van een mogelijke snelwegschutter.
Bij de politie kwamen 600 tips binnen die onder meer leidde tot drie aanhoudingen, maar uiteindelijk niets concreets opleverden. Dat het vrijwel zeker is dat er geen snelwegschutter bestaat, concludeert de politie uit diepgaand onderzoek. Zo is bijvoorbeeld gekeken naar glasbreukschade in het algemeen.
Cijfers van twee glasschadeherstelbedrijven laten zien dat wekelijks en maandelijks „een zeer groot aantal” zij- en achterruiten breken door een niet-opzettelijke oorzaak zoals steenslag. Dat onderbouwt de conclusie van de politie dat een opzettelijke oorzaak van de gebroken ruiten onwaarschijnlijk is.
Tegelijkertijd constateerde het Nederlands Forensisch Instituut (NFI) dat het vanaf een vaste locatie praktisch onmogelijk is om een rijdende auto te raken met een luchtdrukwapen of katapult. Dat kan wel vanuit een rijdende auto. Daarom wil de politie de mogelijkheid van een beschieting niet uitsluiten.
Het KLPD en het OM verdedigen de grote inzet van de politie omdat er op 7 augustus een opvallende piek van incidenten was. „Dat samen met het idee dat er mogelijk een snelwegschutter aan het werk was, rechtvaardigt de grote inzet”, aldus officier van justitie Henric Rebel. Er werd wel een keer een balletje gevonden maar daarop zaten geen krassporen zoals die wel voorkomen op een afgevuurde kogel.