Kerk & religie

Vriendelijkheid

1 Korinthe 2:9

25 November 2011 22:05Gewijzigd op 14 November 2020 17:53

„Hetgeen het oog niet heeft gezien, en het oor niet heeft gehoord, en in het hart des mensen niet is opgeklommen.”

De vriendelijkheid van dit gezelschap geldt in overtreffende trap al degenen die hier op aarde de oude mens overwonnen hebben en daarom van Godswege in de hemelse woningen binnengelaten worden.

Alle volmaakte geesten behandelen daar elkaar als broeders en zusters, als leden van één lichaam. Zelfs de engelen begroeten hen als hun mededienstknechten (Openbaring 19:10) en het Lam neemt ze aan als Zijn eigen leden. Ja, God de Heere Zelf, de Koning van het hemelse hof, ontvangt hen als Zijn allerlieftalligste vrienden, ja als Zijn eigen zonen en dochters (2 Korinthe 6:18).

Hijzelf verwelkomt ze, Hij haalt ze binnen, Hij geleidt ze –om zo te zeggen– door alle vertrekken des hemels.

Willem Teellinck, predikant te Middelburg (”Nieuwe historie van de oude mens”, 1623)

Meer over
Meditatie

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer