Opinie

Geweld als laatste redmiddel

In de loop van de wereldgeschiedenis is het gebruik van geweld afgenomen. Dat is althans de conclusie van de Amerikaanse psycholoog Steven Pinker. In een recent verschenen boek onder de titel ”The Better Angels of Our Nature” doet hij zijn best hiervoor bewijsmateriaal aan te dragen.

dr. C. S. L. Janse
25 November 2011 08:40Gewijzigd op 14 November 2020 17:52
„Bij opstootjes is het de primaire taak van de politie om escalatie te voorkomen. Geweld is ook hier het laatste redmiddel.” Foto ANP
„Bij opstootjes is het de primaire taak van de politie om escalatie te voorkomen. Geweld is ook hier het laatste redmiddel.” Foto ANP

Wie met de geschiedenis van de laatste honderd jaar in zijn achterhoofd geneigd is de geloofwaardigheid van deze conclusie te betwijfelen, moet zich allereerst realiseren dat je het aantal slachtoffers van geweld natuurlijk wel moet relateren aan de omvang van de wereldbevolking. Die is vooral de laatste eeuw aanzienlijk gestegen. En verder is ook hier van belang wat je allemaal onder een gewelddadige dood rangschikt en wat niet. Beschouw je geaborteerde kinderen ook als slachtoffers van geweld?

In de oertijd stierf een kwart van de mannen een gewelddadige dood. Dat is uiteraard niet meer dan een beredeneerde schatting, maar het is niet onaannemelijk dat geweld in het verre verleden een belangrijke doodsoorzaak was.

Oog om oog

Aan het begin van de mensheidsgeschiedenis staat de broedermoord van Kaïn. Het wraaklied van Lamech maakt wel duidelijk dat hij niet keek op een mensenleven meer of minder. Het waren ruige tijden, zoals ook allerlei oudtestamentische geschiedenissen ons laten zien.

De regel ”oog om oog, tand om tand” uit de mozaïsche wetgeving wordt vaak aangehaald als voorbeeld van meedogenloosheid. Maar bedenk wel dat met die regel het geweld juist binnen de perken werd gehouden. Vergelding was legitiem en ook geboden, maar het moest wel proportioneel blijven.

De politie is een uitvinding van vele honderden jaren later. Bij allerlei gewelddadige confrontaties moest je eeuwenlang jezelf, je familie en je bezit op eigen kracht zien te beschermen. Er was geen sprake van dat de overheid effectief het monopolie van de zwaardmacht in handen had. Bovendien was de bewijsvoering vaak moeilijk. Het getuigenis dat het justitiële geweld van de pijnbank opleverde, was lang niet altijd betrouwbaar.

Verder gold dat voor veel koningen en lokale grootheden oorlog voeren een gangbare bezigheid was. Dat leverde (als het goed afliep) buit, eer en grondgebied op. Als je zelf niet bedreigd werd, kon je van de gelegenheid gebruikmaken om een ander volk uit te moorden of tot vazal te maken.

Wat dat betreft is er wel wat verbeterd in de wereld. Ook al is in veel landen de politie corrupt, schiet haar capaciteit tekort, zijn de rechters evenmin een voorbeeld van onkreukbaarheid en schromen veel politici niet om wet en recht naar hun hand te zetten.

Wereldoorlogen

De beide wereldoorlogen die in de vorige eeuw Europa teisterden, lieten zien hoe als gevolg van de technologische ontwikkeling de moderne oorlogvoering miljoenen slachtoffers met zich meebrengt. Niet alleen onder militairen, maar ook onder burgers. De introductie van kernwapens aan het einde van de Tweede Wereldoorlog voegde daar nog een huiveringwekkende dimensie aan toe.

De gruwelen van de Eerste Wereldoorlog (gas en loopgraven) leidden tot een golf van pacifisme. Ook in christelijke kring, met name onder vrijzinnigen. De remonstrantse prof. Heering publiceerde in 1928 ”De zondeval van het christendom”. De opkomst van het fascisme en het nationaalsocialisme dwong echter veel van deze pacifisten tot een herziening van hun standpunt. Moest Hitlers agressie niet met militaire middelen weerstaan worden? Het concept van de rechtvaardige oorlog bleek toch realiteitswaarde te hebben.

De kernwapens waarmee al spoedig na 1945 Oost en West elkaar bedreigden, riepen nieuwe gewetensvragen op. De wereld leefde immers in de schaduw der vernietiging. Het atoompacifisme kwam massaal op. Vooral ter linkerzijde en in het midden van de kerk. De hervormde synode kwam in 1962 met haar herderlijk schrijven over ”Het vraagstuk van de kernwapenen”. Daarin sprak zij tegen die kernwapens een radicaal nee uit.

Door het onverwachte einde van de Koude oorlog verloor de kernwapendiscussie haar actualiteit. Tegelijk werd duidelijk (voor zover dat nog niet duidelijk was) dat het communisme een agressieve en corrupte ideologie was. Alleen door het machtsevenwicht dat de kernwapens teweegbrachten, waren we daar in West-Europa (menselijkerwijs gesproken) voor bewaard gebleven.

Zelfmoordacties

Nadien verloor de klassieke oorlog van staten tegen staten, al dan niet gevoerd volgens de regels van het oorlogsrecht, aan betekenis. De Amerikaanse inval in Irak in 2003 was tot dusver de laatste. Overheden moeten zich nu vooral teweerstellen tegen terroristische aanslagen. Aanslagen waarvan we sinds 11 september 2001 weten dat die grote gevolgen kunnen hebben.

Daarnaast heeft de wereld te maken met burgeroorlogen en guerrillabewegingen, die vaak met grote wreedheid gepaard gaan en aan beide kanten talloze slachtoffers eisen. Het blijkt dat hoogtechnologisch uitgeruste strijdkrachten moeite hebben om zich effectief teweer te stellen tegen bermbommen en zelfmoordaanslagen. Met name door het moslimterrorisme werd ”religie en geweld” een actueel thema.

Militaire interventies in landen als Irak en Afghanistan leverden tegenvallende resultaten op. Verzetsstrijders blijken een langere adem te hebben dan de westerse democratieën. De interventie in Libië is anders aangepakt, maar ook daar is het afwachten wat die uiteindelijk oplevert.

Al is een derde wereldoorlog gelukkig uitgebleven en is de drempel voor een reguliere oorlog veel groter geworden dan vroeger, het is buiten discussie dat de strijdkrachten nodig blijven. En niet alleen om er parades mee te houden. Er kunnen zich situaties voordoen dat een beperkte of zelfs massale inzet van de strijdkrachten onvermijdelijk is. Om te verdedigen wat ons lief en dierbaar is. Om te voorkomen dat het onrecht nog meer zegeviert.

Militair geweld moet altijd de laatste oplossing zijn, maar als alle andere oplossingen gefaald hebben, is het denkbaar dat je daartoe overgaat. Die optie behoort, principieel gezien, ook tot de zwaardmacht van de overheid. Oorlogen zullen er altijd blijven. Oorlogen en geruchten van oorlogen zijn juist tekenen van de eindtijd.

Minder moorden

Volgens de Harvardpsycholoog Pinker zou met name het aantal moorden in de loop der eeuwen zijn afgenomen. Hierbij gaat het uiteraard om langjarige trends. Want in Nederland verzesvoudigden moord en doodslag in de tweede helft van de vorige eeuw, van 0,3 naar 1,7 gevallen per 100.000 inwoners. Dat was niet niks. In de middeleeuwen zou echter het moordcijfer voor Europa zo ergens in de 30 hebben gelegen. Aanzienlijk hoger dus.

De kwaliteit van de rechtsorde is in de loop der eeuwen duidelijk verbeterd. Anders dan vroeger is de politie tegenwoordig meestal niet ver weg. Er kwamen betere opsporingsmethoden. Wellicht hebben mensen ook meer geleerd om hun conflicten uit te praten of in ieder geval te relativeren en het bij (scheld)woorden te laten. In vorige eeuwen was men eerder geneigd het mes te trekken. Er heeft een bepaald civilisatieproces plaats gevonden. Pinker sluit zich hierbij aan bij de Duitse socioloog Norbert Elias.

Uiteraard is de lage geweldsdrempel bij bepaalde groepen jongeren een zorgwekkende zaak. Het uitgaansleven met het daarbij behorende alcoholgebruik leidt gemakkelijk tot gewelddadigheid. Niet voor niets spreken we van zinloos geweld. Maar de ontzetting die het oproept wanneer mensen daardoor het leven laten, maakt wel duidelijk dat geweld steeds meer taboe geworden is. Gelukkig maar. Het zou erg zijn wanneer we dat gewoon vonden.

Burgers mogen ook niet het recht in eigen hand nemen. Zelfverdediging is een ander verhaal. Terecht is recent meer ruimte gegeven aan burgers die zichzelf en hun bezittingen met geweld verdedigen tegen overvallers en inbrekers. Maar ook hier zijn er grenzen.

Onze politie is gewapend, maar terecht is er een hoge drempel om het pistool te trekken. Bij opstootjes is het de primaire taak van de politie om escalatie te voorkomen. Geweld is ook hier het laatste redmiddel. Soms kom je er niet uit zonder daartoe de toevlucht te nemen, maar als het even kan moet dat alternatief vermeden worden.

Koelman

Opvoeding en onderwijs dienen tegenwoordig volstrekt geweldloos te zijn. Dat was vroeger wel anders. Spaar de roede niet, zo was voorheen de regel. Nu zijn we zo ongeveer bij het andere uiterste aanbeland. Recent hadden we de affaire in Nieuwegein waarbij een adjunct-directeur van een school in de cel gezet werd omdat hij een lastige jongen in zijn kraag had gegrepen. Gelukkig keurde vrijwel iedereen dat politieoptreden af, maar de gebeurtenis was wel symptomatisch.

Ook bij de gezinsopvoeding is geweld taboe geworden. Zelfs de pedagogische tik is tegenwoordig verboden. Dat is bedoeld om de drempel voor kindermishandeling zo hoog mogelijk te maken en kindermishandeling is inderdaad een afschuwelijke zaak.

Maar afgedacht van het gegeven dat dit in hoge mate symboolwetgeving is, moet ook geconstateerd worden dat kinderen tegenwoordig eerder te weinig gedisciplineerd worden, dan dat ze te streng worden aangepakt. Geen wonder dat er ook in de volwassenheid sprake is van een lage frustratietolerantie. Men is gewend z’n zin te krijgen. Op school staan de leerkrachten voor de haast onmogelijk opgave om die ongedisciplineerde en vaak ongeïnteresseerde pubers in het gareel te houden en ook nog wat bij te brengen.

Het is aannemelijk dat deze aanpak van jongeren het gevolg is van een positief mensbeeld. Het besef dat de mens, ook de jonge mens, van nature zondig is, is in onze cultuur verloren gegaan. Bijbelse noties over opvoeding en stemmen uit de gereformeerde traditie over opvoeding vinden dan ook weinig weerklank en roepen soms veel onbegrip en zelfs agressie op. Denk maar aan de recente commotie over citaten van de 17e-eeuwse predikant Koelman.

Nu is het ongetwijfeld zo dat we inmiddels meer psychologisch en pedagogisch inzicht gekregen hebben. Het is de kunst om bij de opvoeding en in het onderwijs van die ‘zachte sturingskrachten’ optimaal gebruik te maken. Dat geldt trouwens ook in allerlei andere maatschappelijke situaties. Maar daarmee kom je er niet altijd. Geweld is dan de laatste mogelijkheid. Bijvoorbeeld om lastige leerlingen de klas uit te zetten.

Eigenlijk is de term geweld hier overdreven. Als het Burgerlijk Wetboek tegenwoordig stelt dat de ouders „geen geestelijk of lichamelijk geweld of enige andere vernederende behandeling” mogen toepassen, dan is daarmee te leven, mits niet elk fysiek ingrijpen als lichamelijk geweld wordt beschouwd. Wie niet horen wil moet voelen, zei men vroeger.

Het is positief dat de algehele geweldsreductie in onze maatschappij zich ook tot school en gezin heeft uitgestrekt. Maar leerkrachten en ouders moeten wel de kaders blijven bepalen en dienen daarbij vanuit de bredere maatschappij gesteund te worden. Anders krijgen we inderdaad de omgekeerde wereld.

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer