Kerk & religie

Studiedag Gereformeerde Bond: Meer verzet tegen relatie lijden en straf

WOUDENBERG – De gedachte dat het lijden in de wereld een gevolg is van de zonde, wordt in de kerk steeds minder gedragen. Dat signaleert de hervormde predikant ds. P. J. den Admirant. „Toch mogen we het waarheidselement van de gedachte dat God zonde straft niet uit ons leven weghalen. Daarvoor komt deze notie te nadrukkelijk in de Bijbel voor.”

Kerkredactie
23 November 2011 23:20Gewijzigd op 14 November 2020 17:50
De Hervormde Kerk in Woudenberg. In het naastgelegen kerkelijk centrum belegde de Gereformeerde Bond een studiedag over Gelovig omgaan met het lijden. Foto RD
De Hervormde Kerk in Woudenberg. In het naastgelegen kerkelijk centrum belegde de Gereformeerde Bond een studiedag over Gelovig omgaan met het lijden. Foto RD

De predikant uit Kootwijkerbroek sprak woensdagmiddag in Woudenberg, waar de Gereformeerde Bond in de Protestantse Kerk een studiedag belegde met als thema Gelovig omgaan met het lijden.

Ds. Den Admirant schetste in zijn lezing twee hoofdlijnen. De eerste is dat zowel het Oude als het Nieuwe Testament het lijden in de context zetten van straf op concrete zonden. De tweede dat het lijden een onbegrepen werkelijkheid kan zijn.

De predikant acht het wat de eerste hoofdlijn, het lijden als straf, van belang Bijbelse noties hierover juist te interpreteren. Hij volgt bijvoorbeeld Calvijn niet, als die uit Davids’ spreken over de straf op zijn zonden conclusies trekt die wat hem betreft voor iedere gelovige gelden. God kan volgens Calvijn een kruis opleggen om ons bij hem te brengen en ons voor erger kwaad te behoeden, aldus ds. Den Admirant. „Lijden moet volgens Calvijn voorkomen dat de zonde in ons wortel schiet.

In het Nieuwe Testament is te zien hoe Jezus zelf concrete gebeurtenissen verbindt met een waarschuwing tegen de zonde. Ds. Den Admirant: „Bijvoorbeeld waar Hij in Lukas 13 spreekt over Galileeërs wiens bloed de stadhouder Pilatus met hun offers vermengd had. Die woorden worden nog uitgebreid met een verwijzing naar de 18 doden die vielen bij het instorten van de toren van Siloam. Christus zegt: als u zich niet bekeert, zult u allen evenzo omkomen.”

Ds. Den Admirant gaf drie adviezen voor het spreken over lijden in het pastoraat. „Niet wij zijn degenen die verband hoeven te leggen tussen persoonlijke zonden van mensen en straf, God Zelf moet dat doen. Dat geldt ook als het gaat over Gods vaderlijke kastijding. Als iemand zegt dat hij het hard nodig had dat de Heere hem met een lijden belastte, dan mag híj dat wel zeggen, maar wij niet. We mogen wel op zoek gaan naar Bijbelse gegevens en die aanreiken in een sfeer van liefde en vertrouwen.”

In het tweede deel van zijn lezing ging de predikant in op lijden als onbegrepen werkelijkheid. Hij tekende onder meer hoe de dichter van Psalm 44 hierover sprak. „Hij meldt als het ware: „Wat ons is overkomen is geen straf op de zonde. Maar om U worden wij de hele dag gedood; wij worden beschouwd als slachtschapen.” Nog indringender is wat we lezen in Psalm 10 vers 1: „Heere, waarom blijft u van verre staan?” Later in deze Psalm, maar ook pas later in Davids’ leven, kwam dit in balans.”

Ds. Den Admirant ontleende aan het Bijbelboek Job vier fasen die een gelovige kan meemaken in het lijden. „De eerste is: Ik voel mij gedragen, als ervaren wordt wat aan het einde van Job 1 staat: De Heere heeft gegeven, de Heere heeft genomen, de Naam des Heeren zij geloofd. De tweede is als het lijden begint door te dringen. In hoofdstuk 2 van het Bijbelboek zie je al een kleine kentering: „Zouden we het goede wel en het kwade niet ontvangen?” Maar in hoofdstuk 3 en 4 volgen wel vervloekingen. We krijgen een inkijkje in Jobs hart.”

Fase 3 is volgens Ds. Den Admirant wanneer Job verkeert in een situatie van totale verwarring. „We kunnen het het beste weergeven met het woordje verbijstering. Waarom moet ik dit meemaken? Sla niet te snel over dat we ook ruimte nodig hebben voor verbijstering. Waarom zouden mensen niet een half jaar of een jaar verbijsterd kunnen zijn? Wie gebied ons een ander daarover iets voor te schrijven? De theoloog Miskotte zegt: Het verzet tegen God is ook een vorm van geloof, want Job laat God niet los. Hij klemt zich aan hem vast.”

Tenslotte is er fase 4. „Je bent God kwijt. Je denkt dat Hij zich heeft teruggetrokken. God kan zich inderdaad terugtrekken. Maar Hij kan ook daarna opnieuw betonen dat Hij er is en in Zijn liefde bewaart. Dan kan ondanks alle nood, aanvechtig en beproeving, Zijn nabijheid ervaren worden.

Als slotvraag bracht ds. Den Admirant de vraag naar voren in hoeverre het lijden van Christus een rol speelt in ons lijden. „Juist de godverlatenheid heeft niemand zo meegemaakt als Hij. Maar het kan zijn dat je je in je verbijstering voor alles afsluit. Tot God je door genade de ogen opent. Dan zeg je met Job: Ik leg mijn hand op de mond. Wat is Hij een medelijdende Hogepriester, die zijn oor neigt en mijn stem hoort.”

Tweede hoofdspreker bij de studiedag was Erwin Hout (38) uit Ridderkerk, die op 19-jarige leeftijd door een ongeval een dwarslaesie opliep. Hij is verlamd over vrijwel zijn gehele lichaam. De inwoner van Ridderkerk vertelde over de wijze waarop hij omgaat met zijn persoonlijke lijden, dat hij naar eigen zeggen niet altijd als lijden ervaart. Hij lichtte toe hoe hij zich op cruciale momenten gedragen wist door de Heere. „Ik ben in alles afhankelijk van mensen, maar ook van God. Net als de Israelieten die manna moesten rapen. Elke dag opnieuw, geeft God genoeg kracht.”

Hout gaf de 150 toehoorders bij de bijeenkomst vier tips mee: „Heb een open oog voor mensen die lijden. Bel ze bijvoorbeeld eens op. Maar dan ook een open oor: Luister. Kom niet meteen met allerlei oplossingen.” Hij verzet zich tegen het gebruik van de uitdrukking: ”Vraag niet naar het waarom van het lijden, maar naar het waartoe”. „De Bijbel zegt: vraag maar naar het waarom, maar leg die vraag dan bij de Heere zelf neer. Want dat is het beste adres.”

Tip drie en vier zijn een open hand, dat wil zeggen: steek de helpende hand toe aan de ander en heb een open hart. Blijf trouw. „Er zijn mensen die niet alleen de eerste weken na het ongeval hun betrokkenheid toonden, maar ook na 19 jaar nog voor me klaarstaan en helpen. Dat is van onschatbare waarde.”

Op de studiedag verzorgden diverse specialisten workshops over deelgebieden. Zo was er onder meer een workshop van verpleeghuisarts en theoloog dr. A. A. Teeuw over ”Omzien naar ernstig zieken”, van ds. H. G. de Graaff over ”Oog voor psychische nood”, van Rina Molenaar van Woord en Daad over ”Lijden in deze wereld”, Arja de Jong-Kalkman over ”Pastoraat rond kinderloosheid” en Jan de Jager en Jenneke Wolvers over ”Gehandicapten in mijn gemeente”.

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer