Opinie

Sharon gedreven door de economische crisis

De routekaart voor vrede in het Midden-Oosten kan, mits de partijen kans zien deze op succesvolle wijze toe te passen, een verdere stimulans geven aan de economische groei en verbetering van de kwaliteit van het leven, betoogt Alfred Muller

15 July 2003 14:20Gewijzigd op 14 November 2020 00:26
<center>Sharon</center>
<center>Sharon</center>

. Is Ariel Sharon veranderd? Hij gaf in 1990-1992 als minister van Huisvesting een enorme stimulans aan de Joodse nederzettingen op de Westelijke Jordaanoever en in de Gazastrook. Vroeger zei hij bovendien dat Jordanië Palestina is. Voor velen kwam daarom de acceptatie van de routekaart door de Israëlische premier als een verrassing. Dit vredesplan voorziet in het einde van het geweld tussen Israëliërs en Palestijnen en in een Palestijnse staat in 2005. Instemming met zo’n plan, dat uitmondt in een staat in Judea en Samaria, zou men niet verwachten van een leider van de Likud.

Drie redenen
Er zijn zeker drie redenen waarom premier Sharon akkoord kon gaan met de routekaart. Ten eerste biedt de routekaart geen gedetailleerde antwoorden. Sharon heeft al voordat hij in 2001 tot premier werd gekozen, gezegd dat hij onder strikte voorwaarden akkoord gaat met de oprichting van een Palestijnse staat. De hete hangijzers blijven voorlopig onbesproken: de omvang en bevoegdheden van de Palestijnse staat, de terugkeer of compensatie van de Palestijnse vluchtelingen en de status van Jeruzalem. Als deze punten te zijner tijd ter sprake komen, zal Sharon zeker harde eisen stellen.

Ten tweede accepteert Sharon de routekaart vanwege de druk van de Verenigde Staten. De Amerikaanse president George Bush drong er bij zowel de Israëliërs als de Palestijnen op aan dit vredesinitiatief te accepteren. Sharon is er trots op dat hij een sterke relatie heeft met het Witte Huis. Deze betekent economische hulp en vooral politieke steun van de belangrijkste supermacht. Door aan Bush neen te verkopen zou hij de betrekkingen met de Amerikanen in gevaar brengen.

Ten derde zijn er economische redenen waarom Sharon aan het vredesplan meedoet. In Israël begon het besef langzaam maar zeker door te dringen dat de al-Aqsa-intifada een desastreuze invloed heeft op de economie. Door de zware golf van terreuraanslagen voelde de regering zich genoodzaakt het leger extra maatregelen te laten nemen om de kans op de komst van kamikazeterroristen te verkleinen. Buitenlandse investeerders lieten het afweten. Toeristen bleven in groten getale weg.

Wereldwijde recessie
Toch zou het onjuist zijn de economische crisis uitsluitend aan de al-Aqsa-intifada te wijten. De teruggang vloeit mede voort uit de wereldwijde recessie in economie en toerisme.

De gevolgen zijn vooral ernstig voor de economisch zwakkeren. Dat zijn de werklozen (11 procent), de gepensioneerden, de gehandicapten en de immigranten die nog niet zijn geïntegreerd. Een meerderheid van 58 procent van de Israëliërs zegt, aldus een opiniepeiling van het Centrum voor Sociaal Onderzoek, dat de levensstandaard is gedaald. Eenderde deel zegt te weinig geld te hebben voor de fundamentele levensbehoeften.

Toch mag de ernst van de economische crisis niet worden overdreven. De grootste krant van Israël, Yediot Ahronot, kopte deze week: ”Tekenen van economisch herstel”. Functionarissen bij Toerisme verwachten een lichte stijging van het aantal toeristen naar Israël van 862.000 in 2002 tot circa 1 miljoen in 2003. Dat is overigens nog beduidend minder dan de bijna 2,6 miljoen in 2000. In de maand mei was de stijging 36 procent in vergelijking met mei vorig jaar. In juli en augustus gaan 1 miljoen Israëliërs (bijna eenzesde deel van de bevolking) op vakantie in het buitenland. Hoewel de eerste vijf maanden van dit jaar nog een afname toonden van 6 procent in het toerisme in vergelijking met dezelfde periode vorig jaar, liet de maand mei dit jaar een toename zien van 36 procent in vergelijking met mei vorig jaar.

De al-Aqsa-intifada heeft ook de kwaliteit van het leven aangetast. Bij het centraal busstation in Israëls hoofdstad worden de tassen gescreend op een wijze die past bij een internationale luchthaven. De Hebreeuwse Universiteit van Jeruzalem verbiedt niet-studenten en niet-personeelsleden de toegang. Daarmee behoort ze tot een van de meest gesloten academische instituten in de wereld. Bezoekers van postkantoren, de meeste coffeeshops en grote winkels moeten toestaan dat bewakers in hun tassen kijken. De bewakers, die vaak een pistool aan de broekriem hebben hangen, laten hun metaaldetector over het lichaam van de klant glijden om te kijken of deze springstof of vuurwapens onder het hemd of in de broek heeft gestopt.

Verschrikte creaturen
Veel ernstiger zijn de psychologische gevolgen, vooral direct na een aanslag. Passagiers in de bus bekijken degenen goed die net instappen. In de binnenstad van Jeruzalem letten de mensen op passagiers met grote tassen en dikke buiken. „De eindeloze terreuraanvallen en hun vele slachtoffers hebben hun werk gedaan - ze hebben de bewoners van de stad gek gemaakt, hen in verschrikte creaturen veranderd”, zo schreef journalist Daniel Ben-Simon op 12 juni in Ha’aretz over Jeruzalem. Dat was een dag na een bomexplosie.

De routekaart kan, mits de partijen kans zien deze op succesvolle wijze toe te passen, een verdere stimulans geven aan de economische groei en verbetering van de kwaliteit van het leven.

Het is nog te vroeg om te zeggen of Sharon veranderd is. In hoeverre hij bereid zal zijn concessies te doen aan de Palestijnen bij de uitvoering van de routekaart, is overigens niet alleen van hem, maar evenzeer van de Palestijnen afhankelijk. Het is ondenkbaar dat het vredesproces kan worden voortgezet als Israëliërs gebukt blijven gaan onder terreur. Sharon heeft diverse malen gezegd dat hij in geen geval stappen zal ondernemen die de veiligheid van zijn land in gevaar brengen.

Duidelijk is wel, dat de Israëliërs door de onderhandelingen nu een kans hebben hun lot te verbeteren. Een leider van de Arbeiderspartij kampt met het probleem dat hij de steun van rechts niet krijgt. Sharon heeft als Likud-leider de mogelijkheid het merendeel van de Israëliërs -rechts en links- mee te nemen in een vredesregeling. Alleen degenen aan de uiterst rechtse marge blijven gekant tegen elke regeling met de Palestijnen.

De auteur is correspondent in Jeruzalem voor het Reformatorisch Dagblad.

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer