Ahmadinejad wil komst Madhi bespoedigen en een oorlog helpt daarbij
In Iran bestaat een apocalyptische verwachting waarbij er een grote oorlog moet worden gevoerd die een eind maakt aan het bestaan van Israël en de komst van de twaalfde imam zal inluiden. „Ahmadinejad wil zijn komst bespoedigen.”
Israëlische defensiespecialisten gaan ervan uit dat de kans dat Iran een nucleair wapen gebruikt klein is – als het er al een heeft. Israël kan het risico dat Iran wél een aanval met kernwapens uitvoert, echter onmogelijk negeren. Iran zal bij een dergelijke onderneming zelfdestructie veroorzaken, maar het is de vraag of dat de leiders zal afschrikken. Het is onzeker of Iraanse leiders zich rationeel zullen gedragen als ze in het bezit zijn van dat wapen.
In Iran bestaat namelijk de apocalyptische verwachting van de komst van de twaalfde imam, Muhammad ibn al-Hasan al-Mahdi. Aan zijn terugkomst op aarde zal een grote oorlog voorafgaan.
Muhammad al-Mahdi (de Mahdi) zou de zoon geweest zijn van de elfde sjiitische imam na de profeet Mohammed, Hasan Askari. Hij zou er volgens sommige sjiitische bronnen hebben uitgezien als een schijnende ster. Hij verdween op vijfjarige leeftijd, maar vandaag de dag zien vele sjiieten uit naar zijn terugkeer.
Aan zijn terugkomst zullen allerlei tekenen voorafgaan. De meningen over de aard van deze tekenen lopen uiteen. Niemand kan zijn terugkeer afdwingen, maar volgens een belangrijke religieuze leider, ayatollah Mesbah Yazdi, moeten moslims er wel naar streven om zijn komst te verhaasten. Een van Yazdi’s beste vrienden is de president van Iran: Mahmud Ahmadinejad.
Fatwa
De Israëliërs Yossi Melman en Meir Javedanfar schrijven in hun biografie over Ahmadinejad ”The Nuclear Sphinx of Tehran” dat ayatollah Yazdi een fatwa (religieus bevel) uitvaardigde om bij de presidentsverkiezingen op Ahmadinejad te stemmen. Na diens verkiezing in 2005 verklaarde Yazdi dat Ahmadinejad dankzij de hulp van de Mahdi aan de macht was gekomen.
Ahmadinejad zelf stelde dat het zijn doel was een voorbeeldige maatschappij op te bouwen, die zou dienen als platform voor de herverschijning van de Mahdi. „Ahmadinejad wil niet wachten op de Mahdi, hij wil zijn komst bespoedigen”, schrijven de auteurs.
Ahmadinejad bracht na zijn verkiezing ook een bezoek aan de moskee van Jamkaran, nabij Qom. Deze moskee heeft een put waar het publiek briefjes achterlaat met wensen waarvan het dat de Mahdi deze zal vervullen. Een van de legenden is dat de Mahdi in deze put zal verschijnen. Ahmadinejad liet de moskee grondig opknappen.
Spoedig nadat Ahmadinejad tot president was gekozen, vertelde de minister van een islamitische natie hem dat Iran op een crisis afstevent. De nieuwe Iraanse leider antwoordde daarop dat deze crisis de komst van de Mahdi voorbereidt. Ahmadinejads verwachting dat de Mahdi in 2007 zou verschijnen, is niet uitgekomen. Melman en Javedanfar schrijven dat het bezit van nucleaire wapens Iran het vertrouwen kan geven om een oorlog te beginnen, die volgens Ahmadinejad nodig is voor de terugkomst van de Mahdi.
Lichtkring
In zijn boek ”Apocalyse in Islam” wijst Jean-Pierre Filiu van het Instituut voor Politieke Studies in Parijs erop dat Ahmadinejad claimde dat hij tijdens zijn toespraak tot de Algemene Vergadering van de Verengide Naties in september 2005 met een lichtkrans was omgeven. Dat was volgens hem het bewijs van de steun van de Mahdi voor zijn internationale boodschap.
Bij de eerste vergadering van het kabinet legden Ahmadinejad en zijn ministers ook een symbolische eed van trouw af aan de Mahdi. Het document, ondertekend tijdens de eerste vergadering van de nieuwe regering, werd naar de heilige put van de moskee in Jamkaran gebracht.
Overigens zijn lang niet alle religieuze leiders het eens met de religieuze opvattingen van hun president. Ahmadinejad probeerde in te spelen op de grote ontevredenheid onder het volk over het religieuze establishment.
Na de verkiezingen van 2006 plaatste de regeringsradio op zijn website twaalf radioprogramma’s over de Mahdi onder de titel ”De wereld gaat naar de verlichting.” Volgens de programmaserie zal de dag spoedig aanbreken dat het communisme en de sporen van de „liberale democratische beschaving” in historische musea gezocht moeten worden. Een van de typeringen van de komende wereldwijde regering zal „de ongelooflijke ontwikkeling van wetenschap en technologie” zijn.
In zijn boek gaat Filiu uitgebreid in op de eindtijdverwachtingen in islamitische literatuur in het Midden-Oosten. Een van de werken die hij bespreekt is ”Ahmadinejad en de komende wereldrevolutie” van de Libanees Shadi Faqih dat in 2006 in Beiroet werd gepubliceerd. De extreem lange ondertitel van het boek laat er geen misverstand over bestaan: ”Ahmadinejad is het hoofd van de strijdkrachten van de Mahdi, die Jeruzalem zal bevrijden. Het nucleaire programma is verbonden met de verschijning van imam Mahdi”.
Tekenen
De wereldrevolutie gaat met zeventien tekenen gepaard. Daartoe behoren onder meer de hereniging van de Joden in Palestina, de verschijning van een man in Qom (dat was de Iraanse geestelijk leider, ayatollah Rudollah Khomeini) en de verschijning van de strijdkrachten van de Mahdi (de Revolutionaire Garde in Iran, het Mahdileger in Irak en het Hezbollahleger in Libanon).
Andere tekenen zijn de komst van westerse legers in Irak, de toenemende angst voor natuurrampen en de verschijning van president Ahmadinejad als leider van de Mahdilegers. Een aantal tekenen wachten nog op vervulling, waaronder de staatsgreep die de Verenigde Staten en Israël zullen plegen in Syrië.
In ”Apocalyse in Islam” bespreekt Filiu vele andere apocalyptische werken, die op grote schaal zijn verbreid in het Midden-Oosten onder zowel soennieten als sjiieten. Ideologen zagen volgens Filiu in het zionisme een verschijnsel dat slechts beperkte capaciteit heeft. Dat is anders met het christenzionisme, dat geduchte invloed uitoefende op de Amerikaanse politiek. Volgens de ideologen is het christenzionisme uit op de vernietiging van de islam. De Verenigde Staten zijn het kwaad, die uitnodigen tot een jihad zonder precedent.
De schrijvers van de apocalyptische boeken en pamfletten blijken rijkelijk gebruik te maken van christelijke bronnen. Dat mag, want christenen zijn niet goed in staat om hun eigen bronnen te interpreteren.
Filiu wijst erop dat de meerderheid van de moslims deze literatuur afwijst, maar het genre blijft toch populair. Volgens de auteur dient men twee fouten te vermijden. Aan de ene kant dient men „de messiaanse verwachtingen” niet te overdrijven en aan de andere kant dient men de apocalyptische angst niet af te doen als iets wat zich beperkt tot de arbeidersklasse.
Kans dat wereld Iran nog stopt is klein
Het Internationale Atoomenergie Agentschap (IAEA) bevestigde deze week dat Iran werkt aan het ontwikkelen van technologie die nodig is voor de productie van nucleaire wapens.
Israëlische leiders hopen dat de internationale gemeenschap Iran met zware sancties tot andere gedachten kan brengen. Maar het lijkt uitgesloten dat de Veiligheidsraad nieuwe sancties goedkeurt, omdat China en Rusland erop tegen zijn. De mogelijkheid blijft open dat Noord-Amerika en Europa, Australië en een aantal andere landen hun sancties tegen Iran zullen opvoeren.
Het is niet verwonderlijk dat sommige landen terugdeinzen voor het treffen van de Iraanse oliesector. Sancties zullen dan namelijk op terugkomen in de vorm van verhoging van de olieprijs en vervolgens de afname van de economische groei, voor zover daar nog wat van over is.
Lawrence Eagles, een olieanalist bij JP Morgen Chase, verklaarde tegenover het persbureau AFP dat China, India, Italië, Zuid-Korea en Spanje ongeveer 1,7 miljoen olievaten per dag uit Iran importeren. „Waar kan de wereld 1,7 miljoen olievaten per dag aan Iraanse olie als compensatie krijgen?” zo vroeg hij zich af.
Amerikaanse politici hebben gezegd dat „alle opties” openblijven. Deskundigen zijn verdeeld over de vraag hoe groot de kans is dat de VS en een aantal bondgenoten tot een aanval overgaan. Een aanval heeft nadelige gevolgen voor de welvaart in de westerse landen. Bovendien zullen velen het leven verliezen. Maar als Washington passief blijft, zal het zijn prestige in het Midden-Oosten verliezen. Iran wordt daar dan de belangrijkste macht.
Anders dan velen lijken te denken, is het Israëlische leger niet almachtig. Een preventieve aanval zal lijden tot grote verliezen, in Iran, maar waarschijnlijk ook in Israël. In anti-Israëlkringen zal Iran, meer dan nu al het geval is, worden gezien als het slachtoffer en Israël als de terreurstaat. Bovendien zal een aanval de vervaardiging van een nucleaire bom niet meer dan een paar jaar vertragen.
Andere landen hebben nog enkele andere opties, zoals het verstoren van de computers van het Iraanse nucleaire project met virussen. Maar de vraag is of deze voldoende succes kunnen hebben.
De kans is dus aanzienlijk groter dat Israël en andere landen in het Midden-Oosten binnen enkele jaren tegenover een nucleair bewapend Iran komen te staan omdat de internationale gemeenschap niet bereid is vandaag een economische prijs te betalen.
„Iran heeft nog ten minste twee jaar nodig”
Het duurt nog minstens twee jaar en mogelijk zelfs vijf of zes jaar voordat Iran de bom zal hebben. Dat zei Arie Dubi, hoogleraar aan de faculteit voor nucleaire technologie van de Ben Gurion Universiteit, deze week op de Israëlische IBA-radio.
Om een nucleaire bom te kunnen maken, is namelijk uranium nodig dat voor 99 procent verrijkt is. Iraniërs moeten duizenden kilo’s uranium verwerken om 20 kilo verrijkt uranium te krijgen voor een wapen. „Ze hebben waarschijnlijk ongeveer 5000 kilo laag verrijkt uranium. Om tot 99 procent verrijkt uranium te komen, is tijd nodig. Ze hebben er ten minste nog twee jaar voor nodig, omdat het proces langzaam gaat.”
Iraniërs plannen weliswaar nieuwe technologieën om het proces te versnellen, maar deze zijn ingewikkeld en vergen tijd. Ook heeft Iran de complexe procedure van montage van een nucleaire wapenkop op een ballistische raket nog niet onder controle. Dan dient Iran de technologie van onafhankelijke en gelijktijdige explosies te beheersen. „Het verschil mag niet groter zijn dan eenmiljoenste deel van een seconde. Ze doen experimenten om dat te bereiken, maar ze zijn er nog niet. Het zal veel tijd vergen.”
Dubi: „We kunnen dus rustig zeggen dat we ons in de komende twee jaren geen zorgen hoeven te maken. Tegen die tijd hebben we ze hopelijk gestopt.”
De hoogleraar twijfelt er overigens niet aan dat Iran pogingen doet een kernwapen te maken. „Ze voeren operaties, experimenten en andere activiteiten uit die geen ander doel dienen dan een nucleair wapen te maken.”