De jaarrekening werd aangenomen met de steun van 308 parlementariërs. Toch was de uitslag pijnlijk voor de premier. De absolute meerderheid van 316 zetels in de 630 zetels tellende Kamer haalde hij niet omdat er 321 stemonthoudingen waren. Ook verscheidene parlementariërs van de coalitie weigerden Berlusconi te steunen.

Het is nog onduidelijk welke consequenties de regeringsleider aan de uitslag verbindt. Hij zou dinsdagavond over de situatie overleggen met president Giorgio Napolitano.

De oppositie vroeg na de stemming dinsdag direct om het ontslag van de premier. „De regering beschikt niet langer over een meerderheid in deze Kamer”, zei Pier Luigi Bersani van de Democratische Partij. Hij richtte het woord daarna tot de 75-jarige premier en zei: „Dien je ontslag in.” Tot dusver weigerde hij de handdoek in de ring te gooien. Hij zou proberen overgelopen parlementariërs weer terug te winnen.

Eerder op de dag vroeg leider Umberto Bossi van de Lega Nord, de belangrijkste partner in de regering, Berlusconi ook al om op te stappen. De Lega en naar verluidt veel leden van Berlusconi’s partij PDL willen dat hij plaats maakt voor een nieuwe centrumrechtse regering die de economische crisis kan aanpakken en het vertrouwen van de financiële markten kan herstellen, zonder dat de macht moet worden overgedragen aan een interim-regering.

Italië kampt met een grote schuldenlast en de steeds verder oplopende rente op staatspapier dreigt deze onhoudbaar te maken. Het land heeft dan ook toegezegd bezuinigingen en hervormingen door te voeren.

De miljardair en mediatycoon Berlusconi leidt Italië inmiddels 9,5 jaar met tussenpozen. Hij heeft al ruim 50 keer een vertrouwensstemming in het parlement gewonnen. De oppositie zal vermoedelijk deze week opnieuw een motie van wantrouwen in stemming brengen.