„Wet Kazachstan stimuleert extremisme”
GENEVE – Verschillende internationale organisaties bekritiseren de nieuwe godsdienstwetten van Kazachstan. Volgens de Wereldwijde Evangelische Alliantie (WEA) stimuleert de nieuwe regelgeving extremisme.
De president van Kazachstan, Nursultan Nazabajev, verklaarde dat de wetten nodig zijn om het islamitisch extremisme tegen te gaan. Veel internationale organisaties zijn het daarin niet met hem eens.
„Het staat buiten kijf”, stelt dr. Geoff Tunnicliffe, secretaris-generaal van de WEA, „dat de nieuwe ongekend strikte bepalingen religieuze groeperingen isoleren en zo extremisme stimuleren.”
Ook de Organisatie voor Veiligheid en Samenwerking in Europa (OVSE) is van mening dat de nieuwe wetten extremisme juist in de hand werken.
Een recente aanslag in Kazachstan lijkt de organisaties in het gelijk te stellen. Maandag ontploften twee raketten in de westelijke stad Atyrau. Een tot dusver onbekende islamitische groepering eiste de verantwoordelijkheid op. De groepering, Kateeba Jund al-Khalifat, verklaarde dat de aanslagen een reactie waren op de nieuwe wetten.
Bestaande godsdienstige gemeenschappen moeten zich op grond van de nieuwe wetten opnieuw inschrijven. De inschrijfprocedure maakt registratie voor kleinere religieuze organisaties echter nagenoeg onmogelijk. Door de nieuwe wet worden zendingsactiviteiten ingeperkt terwijl de censuur op boekuitgaven en preken wordt uitgebreid. Verder komen er strengere regels voor vergunningen voor gebedslocaties.
Ongeveer de helft van de 16 miljoen Kazachen is moslim; een derde noemt zich atheïstisch. De voormalige Sovjetrepubliek telt zo’n 2,5 miljoen christenen.