Nieuwe editie van werk Melanchthon op komst
FORT WORTH – Er komt een nieuwe wetenschappelijke editie van het werk van Philippus Melanchthon. Dat heeft prof. dr. H. J. Selderhuis zaterdag aangekondigd tijdens een internationaal congres van de Sixteenth Century Society and Conference in Fort Worth (VS).
Een aantal sessies van het congres is georganiseerd door Refo500, waarvan prof. Selderhuis directeur is. Selderhuis vond het vreemd dat veel werken van een invloedrijke reformator als Melanchthon zo slecht toegankelijk zijn. De universiteiten van Berlijn, Tübingen en Apeldoorn werken samen in dit project. Selderhuis organiseerde ook een sessie over het geweten in het protestantisme.
Randall Zachman, hoogleraar aan de rooms-katholieke Notre Dame-universiteit, besprak het thema ”geweten” vanuit Calvijns commentaar op de Psalmen. Vrede in het geweten is een vrucht van de vergeving van de zonden, maar daarnaast is het bewaren van een goed geweten ook essentieel voor het christelijk leven. Soms verwijst Calvijn naar heidense filosofen om het belang van een goed geweten te illustreren. Toch falen de heidenen omdat zij altijd ook een afgod zijn van hun eigen deugdzaamheid.
Gelovigen worden vaak vals beschuldigd en hebben soms alle schijn tegen. Dan is het moeilijk om geen kwaad met kwaad te vergelden. Zachman merkte op dat ook modern psychologisch onderzoek Calvijn hierin bevestigt. Een valse beschuldiging kan meer stress opleveren dan het verlies van een geliefde.
Wie onrechtvaardig behandeld wordt, komt in de verleiding om mee te gaan huilen met de wolven in het bos. De christen mag echter uitzien naar de dag dat God recht zal doen. Dat gebeurt niet alleen na dit leven, want God laat ook in dit leven vaak het onrecht aan het licht komen.
De lutheraan Benjamin Mayes, onlangs gepromoveerd op het geweten in het lutheranisme, kreeg van prof. Selderhuis het eerste exemplaar van zijn proefschrift, uitgegeven in een nieuwe serie academische studies in het kader van het Refo500-project.
Mayes vertelde dat Luther samen met de bul van de paus ook een handleiding voor biechtvaders verbrandde. De handleiding beschreef hoe je door boetedoening vrede in het geweten kreeg. Het geweten kan echter alleen rust krijgen door de verkondiging van het Evangelie.
In het lutheranisme rees echter wel de vraag naar praktische adviezen voor het christelijk leven. Om in die behoefte te voorzien verwezen de latere lutheranen naar de pastorale adviezen in Luthers brieven. In de zeventiende eeuw kwamen er speciale uitgaven over de gevallen van de consciëntie, als alternatief voor de calvinistische werken.
Joel Beeke, predikant in Grand Rapids en president van het Puritan Reformed Theological Seminary, stelde in zijn bijdrage dat volgens de puriteinen het geweten werkt als een syllogisme in de logica. De Schrift zegt: Wie zondigt, moet sterven. Het geweten erkent: Ik ben zondig. De conclusie is: Ik moet sterven. Omdat het geweten zo functioneert, is Bijbels onderwijs belangrijk, anders werkt het geweten met de verkeerde vooronderstellingen.
De puriteinse prediking is erop gericht om het geweten open te scheuren door de wet en te genezen door het Evangelie. De puriteinen hebben een negatieve beeldvorming vanwege hun casuïstiek, maar daarachter zit de zorg om het geweten, aldus Beeke. Een goed geweten is het geheim van de christelijke vreugde en de volharding in het lijden.
Er was ook ruimte voor jonge onderzoekers en promovendi om hun onderzoek te presenteren. In een sessie over de verhouding tussen de gereformeerde theologie en de filosofie spraken drie promovendi over hun onderzoek.
Nathan Jacobs stelde dat er een overeenkomst is tussen de filosofie van Leibniz en de gereformeerde orthodoxie. Leibniz is geen rationalist en determinist. Yoshi Kato, een promovendus van Princeton Theological Seminary, belichtte de Godsleer van Christoph Wittichus (1625-1687), een van de toonaangevende cartesiaanse theologen.
David Sytsma werkt aan een dissertatie over Richard Baxter. De puritein staat bekend om zijn praktische theologie, maar het is nauwelijks bekend dat hij als theoloog ook een belangrijke bijdrage heeft geleverd aan het filosofische debat.
Uit deze sessie bleek dat er in de Verenigde Staten veel belangstelling is voor de wetenschappelijke bestudering van de protestantse orthodoxie. Er was op de conferentie ook veel interesse voor Luther. Robert Christman besprak het eerste gezang van Luther, geschreven naar aanleiding van de dood van de augustijner monniken Hendrik Voes en Jan van Essen in 1523 op de brandstapel. Luther wilde de grote daden van God verkondigen, Die de martelaren heeft bijgestaan. Wat op een nederlaag leek, was een overwinning.