Kippensector veert op na vogelpest
Bedrijven in de kippen- en eierbranche krabbelen op na de verlammende uitbraak van vogelpest. De broedeieren worden in de machines gelegd, de eerste dieren gefokt.
„Waar het kan, begint de zaak weer te draaien”, zegt woordvoerder Geert Pinxterhuis van land- en tuinbouworganisatie LTO-Nederland voorzichtig. De oplopende drukte is vooral zichtbaar bij broederijen, waar de kuikens worden geboren voor de leegstaande stallen.
„Het gaat heftig”, aldus W. Polman, planner van broederij Ter Heerdt uit Zevenaar. Het bedrijf haalt eieren en kuikens uit omringende landen om de broedmachines te vullen. Eieren liggen er drie weken voor ze uitkomen.
Polman: „Het probleem is nu dat we niet genoeg stallen hebben om de legkippen op te fokken. Veel stallen zijn nog steeds gesloten wegens de maatregelen tegen vogelpest.”
De kippenhouders zelf moeten nog wachten tot het definitieve einde van de vogelpest. Dat kan nog even duren. De ’verklikkerkippen’ en onderzoeken moeten eerst aangeven dat in een gebied echt geen vogelpest meer rondwaart. Het ministerie van Landbouw durft nog geen datum te noemen, maar als alles meezit is begin augustus denkbaar.
Veel boeren zien reikhalzend uit naar dat moment. Momenteel staan bijna 1300 pluimveebedrijven leeg, aldus het ministerie van Landbouw. Vanwege de vogelpest zijn de bedrijven geruimd of mochten ze geen nieuwe dieren in de stal zetten.
De leegstand treft daarmee eenderde van de kippenboerderijen in Nederland. LTO berekent dat de bedrijven 50 miljoen kippen en ander pluimvee missen, ruim de helft van de 90 miljoen stuks die Nederland eind februari nog telde. Ze zijn geruimd of geslacht zonder dat ze konden worden vervangen.
De herbevolking met 50 miljoen kippen wordt een grote klus. Vrachtwagens zullen af en aan rijden als de bedrijven vanaf eind juli weer aan het werk mogen. „De herstart gebeurt gelukkig niet overal op dezelfde dag”, aldus Pinxterhuis van LTO-Nederland. „Dat gaat stapsgewijs, in de volgorde waarin nu ook de verklikkerkippen worden geplaatst.”
Nederlandse boeren zullen daarmee hun collega’s in België volgen. In Belgisch Limburg mogen de kippen al sinds maandag in de stallen. De verklikkerkippen zijn daar inmiddels overgebracht naar hobbykiphouders in de buurt, aldus het Belgische voedselbureau FAVV.
Consumenten hebben amper gemerkt dat de helft van de kippen in Nederland afwezig was. Gewone eieren werden aangevoerd uit Zuid- en Oost-Europa. Wel ging de handelsprijs van scharrel- en volière-eieren omhoog wegens de schaarste. Daarvan zijn weinig alternatieve leveranciers buiten Nederland.
De eierhandelaren verwachten dat het nog maanden duurt voordat de hele productie in Nederland weer normaal is. „Dan krijgen we waarschijnlijk overproductie in Europa, omdat de bedrijven buiten Nederland dan nog op volle toeren draaien. Dat zagen we ook na de varkenspest”, zegt T. van Dijk, voorzitter van de Anevei, de Algemene Nederlandse Vereniging van Eierhandelaren.
Van Dijk is blij dat de zaak weer op gang komt, maar heeft wel een zorg: „Ik hoop dat de nieuwe dieren zo veel mogelijk uit eigen kweek komen. Als we dieren gaan importeren, bestaat het gevaar dat we ook dierziektes invoeren. Daar zitten we duidelijk niet op te wachten, na de vogelpest.”
De zeer besmettelijke dierziekte brak 4 maart uit in Renswoude en Scherpenzeel. Op 23 mei stak het virus vooralsnog voor het laatst de kop op, bij een bedrijf in Kelpen. In Barneveld werden uiteindelijk de meeste bedrijven getroffen: welgeteld 31 boerderijen bleken besmet of verdacht.
De sector lijdt ongeveer 750 miljoen euro schade, schat onderzoeker C. de Bont van het Landbouw-Economisch Instituut (LEI) in Den Haag. Dat kan oplopen als buitenlandse afnemers blijvend bij de concurrentie inkopen.
Bedrijven komen in aanmerking voor noodhulp als ze failliet dreigen te gaan. Ze willen elk enkele tienduizenden euro’s aan schadevergoeding uit een fonds dat 6 miljoen euro in kas heeft. Woordvoerster W. Reerink telde tot en met maandag 24 ondernemingen die steun hebben gevraagd bij het noodfonds vogelpest.