Zij worden verantwoordelijk gehouden voor aanvallen op Turkse militaire bases in de nacht van dinsdag op woensdag. Daardoor kwamen minstens 24 militairen om het leven, het zwaarste verlies sinds 1993 voor het leger van Turkije.

Tijdens de aanvallen raakten 18 andere militairen gewond. De Koerdische rebellenbeweging PKK heeft de verantwoordelijkheid opgeëist voor de acties, die werden uitgevoerd door meer dan 200 strijders.

Turkije reageerde woensdag direct met aanvallen op Koerdische doelwitten. De bombardementen gingen donderdag door en worden onder meer uitgevoerd vanaf een militair vliegveld in Diyarbakir, een stad in het zuidoosten van Turkije. F16-gevechtsvlieguigen, helikopters en commando-eenheden waren ook actief in het bergachtige noorden van Irak, waar veel Koerden wonen.

Het Turkse leger heeft 10.000 tot 15.000 manschappen ingeschakeld voor de operaties tegen de PKK in het zuidoosten van Turkije en het noorden van Irak. Het streven naar een onafhankelijk Koerdistan in delen van Turkije, Syrië, Irak en Iran is door de jaren heen beantwoord met veel geweld door de autoriteiten.

Door de escalatie van het geweld in de afgelopen dagen lijkt een oplossing van de Koerdische kwestie verder weg dan ooit. In Turkije wonen ongeveer 15 miljoen van de meer dan 35 miljoen Koerden in de regio.

De PKK begon de gewapende strijd voor autonomie in 1984. Sindsdien zijn tussen de 40.000 en 45.000 mensen om het leven gebracht. In Europa en de VS staat de beweging op de lijst van terreurgroepen.

Irak liet donderdag weten dat het Turkije steunt in de strijd tegen de Koerdische separatisten. Bagdad veroordeelde de „terreurdaden” van de PKK in Turkije.