„Grootbank volgt prijsvechter op spaarmarkt”
DEN HAAG (ANP) – Bij de kleine financiële spelers op de spaarmarkt kruipen de spaarrentes al tijden omhoog. Nu lijken ook de grootbanken zich te gaan roeren in de strijd om het geld van de particulier.
ING lokt sinds deze week spaarders met een 1-jarig spaardeposito van 3,2 procent. Een dergelijke hoge 1-jaarsrente kwam bij de bank sinds eind 2008 niet meer voor. Het gaat volgens de bank wel om een tijdelijke actie die loopt tot begin december.
„Het is een heel concurrerende spaarmarkt. We zien dat de vraag naar deposito’s toeneemt”, aldus Karin van der Pol van ING. Mensen gaan volgens haar meer sparen ten opzichte van beleggen om een buffer op te bouwen voor onzekere tijden.
Marktkenners denken dat andere grote banken het voorbeeld van ING zullen volgen. „De banken zien zich genoodzaakt om de concurrentie aan te gaan met kleinere spelers omdat ze door de strengere kapitaaleisen hun buffers moeten verhogen. Daarvoor doen zij een beroep op de spaarders”, aldus Amanda Bulthuis van de vergelijkingssite Spaarrente.nl. Voor consumenten wordt het volgens haar steeds aantrekkelijker om over te stappen.
Vooralsnog komen de andere grote banken ABN Amro, SNS en Rabo niet in de buurt met hun 1-jaarsrente.
De kleinere spaaraanbieders bieden al langere tijd hogere rentetarieven op hun vrij opneembare spaarrekeningen en het spaargeld dat voor langere tijd vaststaat. Spaarders die hun geld 1 jaar opzij willen zetten, kunnen volgens Bulthuis op dit moment het beste terecht bij Ohra, NIBC of LeasePlan Bank. Alle drie bieden ze een rentevergoeding van 3,25 procent.
De prijsstunters op de spaarmarkt zijn al jaren een doorn in het oog van de grootbanken. De grote concerns willen de spaarrentes zo laag mogelijk houden omdat ze daar hoge winstmarges op pakken. De laatste jaren wisten ze heel goedkoop geld te lenen en het voor een veel hoger percentage uit te lenen.
Ondanks de verbeterde tarieven leveren ze spaarders nog altijd bijna niets op, wanneer gecorrigeerd wordt voor de huidige inflatie van 2,7 procent. Mensen die ook nog eens 1,2 procent vermogensrendementsheffing moeten betalen, gaan er zelfs op achteruit.