Trots op „bijna volmaakte” koningin
Hij heeft geen speciale band met het vorstenhuis, zegt Jan van Klinken, journalist en schrijver van het maandag gepresenteerde boek ”Onze vorstin. Protestanten over Beatrix”. En toch is zijn bewondering voor Beatrix groot. „Ze heeft iets mythisch.”
Op wat nostalgische vorstenhuismokken en een handjevol boeken na is er vrijwel niets in zijn huis dat aan het koningshuis herinnert. En behalve het werk dat hij dertig jaar lang deed als verslaggever van het Reformatorisch Dagblad was er ook geen reden om dieper in de Oranjehistorie te duiken. Maar door ”Onze vorstin” is zijn verbondenheid met het vorstenhuis toegenomen. „Protestanten hebben iets met de koningin, en terecht. Mijn boek onderbouwt dit, en belicht het van alle kanten. Als je het uit hebt, is je verwantschap met het koningshuis verdiept.”
Het idee om dertien protestanten aan het woord te laten over hun beeld van Beatrix, kwam van uitgeverij De Banier. Maar naarmate het proces vorderde, werd Van Klinken hoe langer hoe enthousiaster over het project. „Het is zeker geen saai boek geworden”, zegt hij. „Neem de spanning rond het geloof van de vorstin. Er zijn geïnterviewden die haar vrijzinnig vinden en hopen dat de koningin meer in hun richting opschuift. Maar iemand als oud-minister Rouvoet vindt dat we ons gelukkig mogen prijzen met een staatshoofd dat zich verbonden weet aan de God van de Bijbel en dat we onze weegschaal moeten thuislaten.”
Het boek stimuleert de lezer niet tot een kritische houding ten opzichte van het koningshuis, geeft hij toe. „Natuurlijk worden er wel pijnpunten genoemd, zoals het feit dat Beatrix’ kerstboodschappen niet uitblinken in religieuze diepte. Maar eerlijk gezegd is er maar weinig om kritisch over te zijn: ze heeft kans gezien koningin te zijn op een manier die tot heel weinig opspraak heeft geleid. Bij de geïnterviewden overheerst daarom de aanhankelijkheid en bewondering.”
Op grond van welk criterium hebt u de geïnterviewden geselecteerd?
„Het zijn stuk voor stuk personen die raakvlakken hadden of hebben met koningshuis. Mensen als oud-minister Rouvoet, voormalig SGP-fractieleider Van der Vlies en SGP-voorlichter De Bruyne. Maar ook mensen die wat meer in de luwte verkeren, zoals directeur Thijsen van het museum Buren en Oranje.”
Kwamen er nog opmerkelijke uitspraken naar voren in de interviews?
„Ik keek ervan op dat verschillende geïnterviewden meteen begonnen over de verwijzing van de koningin bij haar inhuldiging naar „Mijn schild ende betrouwen zijt Gij o God, mijn Heer.” Ik ben destijds zelf als verslaggever bij de inhuldiging betrokken geweest, maar herinner me vooral de rellen en sirenes. Die belijdenis van Beatrix was bij mij ondergesneeuwd geraakt door de andere gebeurtenissen. Maar op protestanten als Van der Vlies en ds. Van Eckeveld hebben haar woorden een onuitwisbare indruk gemaakt, zo bleek. Terecht, moet ik zeggen.”
Hebt u nog nieuwe wetenswaardigheden over de koningin ontdekt?
„Niet echt. Ik denk dat de koningin vrijwel van onbesproken gedrag is. Het enige wat ik tijdens het schrijven van het boek van een behoorlijk goed ingevoerde bron heb vernomen, is dat de koningin bijzonder op haar geld gesteld is.”
Hebben de interviews uw mening over de koningin veranderd?
„Niet dit boek. Wel mijn tweede boek, ”Openhartig”, waarin ik de vier tv-interviews die Beatrix als koningin heeft gegeven, heb uitgewerkt en thematisch geordend. Waar maar weinig mensen bij stilstaan is dat koningin-zijn geen baan is, maar een bestaan. Het neemt heel haar leven in beslag, heel haar doen en laten. Ze is geen minuut vrij. In een van de interviews onthult ze dat ze daar best tegen op heeft gezien. En als je dan ontdekt met hoeveel toewijding ze het gedaan heeft, dan groeit de bewondering. Hoe ze in al die jaren een bijna volmaakt symbool van eenheid is geworden, dat is eigenlijk ongelooflijk. Daar mogen we met z’n allen best wat trotser op zijn.”
Kunnen we de koningin echt leren kennen in een boek waarin niemand wordt geïnterviewd die heel dicht bij haar staat?
„Het boek heeft niet de pretentie de koningin dichterbij te brengen. De insteek is vooral: welk beeld leeft er in de gereformeerde gezindte van Beatrix en in welke mate is dat veranderd? Wie de koningin wat beter wil leren kennen, moet ”Openhartig” aanschaffen. Daarin komt ze 150 pagina’s lang aan het woord. Tegelijkertijd zullen we haar misschien nooit leren kennen. Ze bewaakt de grens tussen werk en privé als een terriër. Dat is haar geheim, de sleutel tot haar succes.”
Zou u zelf Beatrix ooit willen ontmoeten?
„Zij heeft mij ooit sterkte toegewenst, toen ik als verslaggever bij overstromingen in Limburg aanwezig was. Ze dacht dat ik een van de gedupeerden was. Gek genoeg deed het me toch wat, hoe nuchter ik ook ben. Ze heeft iets mythisch.”
Donderdag en zaterdag discussieert Van Klinken met Roelof Bisschop en Ton van der Schans op de Wegwijsbeurs over het koningshuis.
”Onze vorstin”, Jan van Klinken; uitg. De Banier, Apeldoorn, 2011; ISBN 978 90 336 3022 4; 172 blz.; € 16,90.
”Openhartig”, Jan van Klinken; uitg. De Banier, Apeldoorn, 2011; ISBN 978 90 336 3023 1; 149 blz.; € 14,90.
Citaten
R. Berends over de zwakheden van de Oranjes, die hij van nabij meemaakte: „Over je eigen familie vertel je toch ook niet alles?”
Mr. P. J. den Boef over Beatrix: „Ze staat erom bekend dat ze meer afstand bewaart, meer de majesteit is, en dat is ook zo. Maar tegelijkertijd herken ik bij haar toch veel van haar moeder.”
Majoor Bosshardt: „Zij is een diepgelovige vrouw. Met prins Claus heb ik het er ook wel eens over gehad. Hij vertelde dat hij daar moeilijk over kon spreken, maar dat hij zeker in God geloofde. ”
Drs. M. de Bruyne: „Volgens mij is ze een zwevende kiezer, al zullen we dat nooit zeker weten, want ze mag wel stemmen, maar doet het niet. Dat heeft ze zelf gezegd.”
Ds. J. J. van Eckeveld: „Ze kent de Bijbel wel, dat merk je heel goed, maar mensen als dominee Ter Linden hebben een grote plaats in het koningshuis. Hij kan soms heel mooie dingen zeggen, maar wat voor ons de kern is van de zaak, ontbreekt helaas. Ik vrees dat dat de koningin tekent.”
J. op ’t Hof: „Je had er inderdaad niet aan moeten denken dat de aanslag daadwerkelijk was gepleegd. Dat zou een impact hebben gehad die je fantasie te boven gaat.”
Drs. W. G. Hulsman: „Ze is een sterke persoonlijkheid. Ondanks alle tegenslagen is ze overeind gebleven. Denk bijvoorbeeld eens aan al het negatieve nieuws over haar vader, prins Bernhard, en aan het overlijden van haar man.”
Mr. A. Rouvoet: „De trits God-Nederland-Oranje suggereert dat Nederland om het zo te zeggen een streepje voor heeft bij God. Ook in dat opzicht bepleit ik nuchterheid.”
P. J. Snel: „De koningin gaat wel erg ver in het zelf alles willen regelen. Dat gaat tot de bitterballen toe. Ze bewaakt het protocol tot in de puntjes en verliest dan de realiteit wel eens uit het oog. Toen haar hondje was gestikt in een konijnenhol, is ze uren in onwetendheid gelaten. Niemand durfde haar dat te vertellen.”
Mr. A. van Stuijvenberg: „Ik dacht: „Ze kunnen praten wat ze willen, maar dit is een echte koningin.” We hebben een uitstekend vrouwelijk staatshoofd. Een knappe kerel, die dat beter doet.”
D. J. Thijsen: „Beatrix is verre van volmaakt, maar ze heeft iets waardigs en tegelijk weet ze mensen voor zich in te winnen. Ze is ook niet krampachtig. Het koningschap is haar op het lijf geschreven.”
M. Verheij-van Beijnum: „Ik vind haar op en top een Nederlandse vrouw. Hoe ze doet en lacht, haar kapsel, altijd die hoed op – het is allemaal heel erg Nederlands. Ze heeft een prima figuur dat bestand is tegen een windje over de Hollandse polder.”
Ir. B. J. van der Vlies: „Dat ze onverwachts op een zondag zomaar bij de andere mensen plaatsnam in de kerk in het zwaar door de veeziekte bezochte Oene, heeft me echt getroffen. De mensen in de kerk waren diep ontroerd. Ik eerlijk gezegd ook.”