Volgens schattingen zijn er nog ongeveer 2000 strijders loyaal aan Gaddafi actief in Sirte. Ze hebben zich teruggetrokken in twee woonwijken in het noordwesten van de noordelijke kuststad, die onder het vorige bewind wel de tweede hoofdstad werd genoemd.

Een commandant van de NTC verklaarde eerder op de dag tegen het persbureau AFP dat zijn strijders de inzet van zware wapens zoals artillerie proberen te vermijden. Ze willen zo voorkomen dat er burgerslachtoffers vallen.

Onduidelijkheid is er intussen over het lot van Motassim Gaddafi, een beruchte zoon van de oud-dictator. Eerst werd gemeld dat hij was gepakt tijdens een vluchtpoging uit Sirte, later werd dat weer tegengesproken. Ook donderdag bleven functionarissen van de NTC elkaar tegenspreken over deze zaak.

Motassim speelde een vooraanstaande rol binnen het leger en was veiligheidsadviseur van zijn vader. Hij is -indien waar- het eerste lid van de Gaddafi’s die in handen is gevallen van de NTC.

De NTC wordt in een rapport scherp bekritiseerd door Amnesty International. Volgens de mensenrechtenorganisatie worden mensen willekeurig opgepakt en gemarteld in gevangenissen. Sinds augustus zouden alleen al in en rond Tripoli 2500 mensen zijn opgepakt, onder wie veel arbeidsmigranten uit Afrika die ervan beschuldigd worden huurlingen van Gaddafi te zijn.

De NTC belooft onderzoek te doen naar de beschuldigingen.