Witte-Huiswoordvoerder Ari Fleischer benadrukte dat geenszins zeker is dat de VS een vredesmacht in Liberia zullen leiden, of daar zelfs aan zullen deelnemen. Wel is de Amerikaanse president George Bush ervan overtuigd dat de Liberiaanse president Charles Taylor moet vertrekken, „ten behoeve van de vrede en de stabiliteit” in Liberia.

Taylor zei vrijdag dat hij pas aftreedt als er een internationale vredesmacht in zijn land is gestationeerd. „Het zou zinnig zijn als er vredestroepen komen voordat ik vertrek”, zei Taylor. Hij was positief over de mogelijkheid dat Amerikaanse troepen deel uitmaken van die vredesmacht. „Ik verwelkom de aanwezigheid van Amerikaanse troepen in Liberia en zal die aanvaarden. Ik denk dat die aanwezigheid essentieel is voor de stabiliteit.” Hij zei alleen niet te begrijpen waarom de Amerikaanse regering hem weg wilde hebben voordat zij troepen naar zijn land stuurt.

Bush’ belangrijkste veiligheidsadviseurs zijn diep verdeeld over wat de VS voor Liberia kunnen betekenen. Minister van Defensie Donald Rumsfeld is sceptisch over het nut dat Amerikaanse militaire aanwezigheid kan hebben in Liberia. Maar minister van Buitenlandse Zaken Colin Powell onderhandelt met secretaris-generaal van de Verenigde Naties Kofi Annan en West-Afrikaanse regeringen over de plaats die het Amerikaanse leger kan innemen tussen Afrikaanse vredestroepen.

De commandant van de Amerikaanse troepen in Europa, generaal James Jones, heeft opdracht gekregen zich voor te bereiden op een mogelijk interventie in Liberia. Maar bronnen binnen het ministerie van Defensie zeiden dat de Amerikaanse inbreng voor een vredesmacht nog steeds kan variëren van niet één soldaat tot duizenden personen. „We hebben de president nog geen advies gegeven, dus hij heeft nog geen besluit genomen”, zei Powell. Bush zei vrijdag tegen Afrikaanse journalisten dat hij geen overhaaste beslissing wilde nemen voordat hij maandag zijn reis langs vijf Afrikaanse landen begint.

De situatie in de door rebellen belegerde hoofdstad Monrovia verslechtert met de dag. In de stad, die na de gevechten van de afgelopen maand door vluchtelingen is overspoeld, heerst een ernstig tekort aan voedsel, water en medicijnen. Onder de 97.000 vluchtelingen dreigen volgens de Wereldgezondheidsorganisatie cholera-, malaria- en mazelenepidemieën uit te breken. Daarnaast wordt de stad geterroriseerd door Taylors vaak dronken soldaten.