André Elissen, Tweede Kamerlid voor de PVV, ziet het als een aanscherping die het makkelijker maakt om de georganiseerde misdaad achter coffeeshops aan te pakken: „Je kunt nu beter kijken naar de bevoorrading van de shops terwijl je de coffeeshop zelf niet lamlegt.”

Hij vindt dat de coffeeshophouder nadrukkelijker verantwoordelijk wordt voor de wiet en hasj die hij krijgt aangeleverd. „Ik heb er het volste vertrouwen in dat ze hun zaken goed kunnen regelen. Ze weten wat ze moeten vragen aan hun leverancier. Als die het spul steeds sterker heeft gemaakt de afgelopen jaren, weet hij vast ook hoe het minder sterk kan worden.”

Controleurs, niet noodzakelijkerwijs agenten, kunnen volgens Elissen het beste proefsgewijs monsters nemen van de werkzame stof THC in de cannabis. „Als er over een locatie veel klachten komen, kun je daar meer gaan controleren.” Elissen pleit wel voor een „behoorlijke overgangsfase” om iedereen aan de nieuwe situatie te laten wennen.

CDA’er Coskun Cörüz geeft aan dat hij het plan nog niet heeft gezien en wacht met belangstelling af wat er vrijdag in de ministerraad wordt beslist. „Maar ons standpunt is geen coffeeshops meer en alles dat kan bijdragen om dat te realiseren, juichen wij toe.”

Lea Bouwmeester (PvdA) ziet niets in het voorstel waarover de ministerraad zich vrijdag zou buigen. Ze noemt het een slecht plan dat niet uitvoerbaar is. „Het lijkt erop dat ze dit doen uit zorg om de volksgezondheid. Maar de overheid wil niet weten waar de wiet vandaan komt en dus kun je dan de kwaliteit ervan niet controleren. Kom met iets dat uitvoerbaar is. Ga de teelt reguleren, dan kun je kwaliteitseisen stellen en informatie geven op de zakjes waarin het wordt verkocht.”

D66 pleitte eerder al voor het legaliseren van de wietteelt en de komst van laboratoria om THC in cannabis vast te stellen.