Vijf behandelingen voor Rotterdamse verslaafden
Rotterdam haalt de komende 2,5 jaar elke maand twintig verslaafden van straat, die op maat gesneden hulp of straf krijgen. Politie, justitie en de gemeente hebben de afgelopen maanden voor deze junks een persoonsgerichte aanpak ontwikkeld. Het Rotterdamse college beloofde vorig jaar bij zijn aantreden de zevenhonderd meest overlastgevende verslaafden aan te pakken.
De partijen verzamelen eerst informatie over de junks en beslissen dan welke van vijf behandelingen het beste is. Via de strafrechtelijke opvang verslaafden (SOV) kunnen ze worden gedwongen af te kicken in de stadsgevangenis Hoogvliet. Er is ook een SOV–drangvariant, waarbij de verslaafden vrijwillig afkicken en worden begeleid om in de maatschappij terugkeren.
Een derde mogelijkheid is gevangenisstraf in combinatie met zorg. Speciaal voor prostituees bestaat het hulpverleningsproject Keetje Tippel. De laatste variant is de zogenoemde ’assertive community treatment’, waarbij een hulpverleningsteam de verslaafde de gehele dag volgt. Deze aanpak is vooral in de Verenigde Staten succesvol.
Sommige van deze behandelingen bestonden al langer. Vorig jaar zijn al 128 verslaafden opgenomen. Volgens projectleider H. de Bruijne is na een evaluatie besloten om te kiezen voor vijf varianten. „De financiering is rond en we zijn in overleg met woningbouwcorporaties druk bezig om nazorg in de vorm van huisvesting te kunnen bieden.”