Democraten brengen milieu terug in campagne tegen Bush
De Democratische kandidaten voor de Amerikaanse presidentsverkiezingen volgend jaar brengen het milieu terug in de campagne tegen George W. Bush. Ze willen hem vooral aanvallen met thema’s als astma bij kinderen door luchtvervuiling en minderheden die bij giftige afvalbergen moeten wonen.
„Het milieu zal in deze campagne een andere rol spelen dan bij voorgaande”, erkent John Podesta in The New York Times. Hij is oud–medewerker van ex–president Clinton en voorzitter van een nieuwe onderzoeksgroep van de Democraten. De politieke tegenstrevers van de huidige president willen heldere taal spreken over het Amerikaanse milieubeleid. Geen saaie toespraken meer over ozonlaag of klimaatverandering, maar milieuproblemen in relatie met slechte gezondheid, sociale achterstand en zelfs nationale veiligheid.
De Republikein Bush is nog altijd enorm populair in eigen land. Voor de Democraten zal het een hele klus worden de voormalige Texaanse gouverneur uit het Witte Huis te verjagen. Sinds de aanslagen van 11 september 2001 en door de daarop volgende strijd tegen ’internationaal terrorisme” is Bush voor veel Amerikanen een patriottistische held. Door milieuvervuiling als een alledaags gevaar en tastbaar probleem weer over het voetlicht te brengen, hopen de Democraten een bres te slaan in de achterban van het Amerikaanse staatshoofd.
Milieu is in Amerikaanse nationale politiek nauwelijks een issue. Milieubeschermers gelden al snel als lastige linkse activisten en het beperkte politieke debat gaat over thema’s die de meeste Amerikanen niet aanspreken of waarvan ze zich moeilijk een voorstelling kunnen maken: het gat in de ozonlaag of de opwarming van de aarde in de komende decennia. En over maatregelen tegen het autogebruik willen ze al helemaal niets horen.
Toch blijkt uit peilingen dat een meerderheid van de Amerikanen zichzelf milieubewust noemt. De Democraten willen dat gegeven uitbuiten, zeker omdat zij een ’groener’ imago hebben dan de partij van Bush. Tegelijkertijd pogen de Democraten Bush af te schilderen als een beschermer van de zware industrie in de VS, een megavervuiler op wereldschaal.
Het campagneteam van Bush heeft zich overigens al voorbereid op de ’groene aanval’ van de Democraten. In de Republikeinse boodschap is het taalgebruik alvast gewijzigd. Zo rept het Witte Huis niet meer over „opwarming van de aarde”, maar over „klimaatveranderingen”. Dat laatste zou minder catastrofaal klinken en als een probleem dat beter te beheersen is.