Drie consortia van bedrijven hebben vrijdag in Den Haag plannen gepresenteerd waarvan de kosten variëren van 2,2 tot 3,2 miljard euro in plaats van de eerder berekende 4,5 miljard (met brug over het IJmeer) en 5,6 miljard (met tunnel onder het IJmeer). Twee consortia hadden een brug, de derde een tunnel.

Het Rijk gaf Almere en Amsterdam de opdracht om met plannen te komen die het kostenplaatje flink zouden terugdringen. In maart was al duidelijk dat de kosten een stuk omlaag kunnen door te kiezen voor de metro in plaats van de trein, maar precieze bedragen waren nog niet bekend. De consortia kregen toen de opdracht hun plannen verder uit te werken.

Een werkmaatschappij van de overheid kiest de volgens haar beste onderdelen uit de drie afzonderlijke plannen en voegt die samen tot een enkel ontwerp. Dat wordt in december bekendgemaakt. Directeur Ben Viveen van de Werkmaatschappij Amsterdam-Almere geeft een brug de meeste kans in deze tijden van bezuinigingen, aangezien een tunnel zo’n 700.000 euro meer kost.

Het kabinet neemt eind volgend jaar een besluit over het ontwerp. Mogelijk zijn marktpartijen zelf bereid te investeren, mocht de regering de plannen afwijzen, aldus Viveen.

Almere is aangewezen als groeistad omdat in de Randstad nauwelijks ruimte is. Het kabinet wil dat Almere de komende decennia 60.000 woningen bouwt. In 2030 moet de stad dan ruim 350.000 inwoners hebben, tegen zo’n 190.000 nu.

„Als je een stad uitbouwt naar 350.000 inwoners, is het niet meer dan normaal dat je ook zorgt voor een goede ontsluiting van de stad”, meent wethouder Adri Duivesteijn van Almere. Hij verwacht dan ook dat minister Melanie Schultz van Haegen (Infrastructuur en Milieu) de plannen „met beide handen aangrijpt.”