Dr. H. van den Belt: Geest waakt over de woorden Gods
DRACHTEN – Niet het buigen over de Bijbel, om te bepalen wat juist of onjuist is, maar het buigen voor de Bijbel is gepast. God Zelf spreekt in de Schrift zo overduidelijk, dat het eigenlijk onnodig is het gezag van de Bijbel te bewijzen.
Dit zei dr. H. van den Belt woensdagavond in de kerk De Oase in Drachten ter gelegenheid van het zogenoemde viermodaliteitenberaad.
In het noorden organiseren de Friese afdelingen van de Confessionele Vereniging, het Confessioneel Gereformeerd Beraad, het Evangelisch Werkverband en de Gereformeerde Bond elk jaar een gezamenlijke bezinningsavond. Dr. Van den Belt (Woudenberg) sprak woensdagavond voor zo’n zestig aanwezigen over het onderwerp ”Bewijst de Bijbel zichzelf?”. De bijzonder universitair docent is vanwege de Gereformeerde Bond verbonden aan de theologische faculteit in Utrecht. Volgend jaar zet hij zijn functie voort aan de Protestantse Theologische Universiteit in Groningen.
Volgens dr. Van den Belt spreekt de Bijbel intrinsiek met zo veel gezag dat er geen hulptroepen nodig zijn om dit te ondersteunen. Desondanks werden theologen vanwege de vele aanvallen gedwongen na te denken over het karakter van de onfeilbaarheid van de Bijbel.
Volgens de docent is een krampachtige houding waarbij de foutloosheid van de Bijbel wordt verdedigd, niet nodig. Behalve dat de overgeleverde tekst een lange ontstaansgeschiedenis kent, is het bovendien nog merkbaar dat er een bewerking of een redactie plaatsvond. Ook al wordt erkend dat de Bijbeltekst een zekere gelaagdheid vertoont, dan nog blijft het feit staan dat de Heilige Geest ook over dit redactieproces heeft gewaakt. De Bijbel werd door zwakke en zondige mensen geschreven, maar de menselijkheid van de Schrift neemt het goddelijk karakter niet weg. aldus dr. Van den Belt.
Met een beroep op artikel 5 van de Nederlandse Geloofsbelijdenis en Calvijn toonde de universitair docent aan dat de Bijbel niet is voortgebracht door de kerk, maar omgekeerd: de kerk is voortgebracht door de Schrift. In de reformatorische opvatting wordt het goddelijk gezag van de Bijbel gegrond op het getuigenis van de Heilige Geest, en niet op de mening van de kerk.
Dr. Van den Belt noemde de verschillende reacties vanuit het verleden tegenover de historische kritiek. Vooral in de Verenigde Staten werden vele pogingen gedaan om alle tegenstrijdigheden te harmoniseren en de foutloosheid van de Bijbel aan te tonen. Volgens de universitair docent is de Bijbel geen ”papieren paus” en ook geen ”wetboek van strafrecht” en daarom verdient de term ”onfeilbaarheid” de voorkeur boven de aanduiding ”foutloosheid”. De menselijke kant van de Bijbel mag best worden gehonoreerd, zonder dat het goddelijk karakter in het geding is.
Vanuit een gelovige grondhouding is het volgens dr. Van den Belt mogelijk zowel tekstkritiek als redactiekritiek te bedrijven. Op sommige plaatsen in de Schrift blijkt naar zijn mening duidelijk dat een redactor wijzigingen heeft aangebracht, zoals bijvoorbeeld het geval is in passages die zowel in het boek Koningen als in Kronieken voorkomen. Vanwege een andere context heeft een redactor bewust veranderingen aangebracht.
Het beoefenen van tekstkritiek en redactiekritiek vanuit een gelovige grondhouding is voor dr. Van den Belt iets totaal anders dan de historisch-kritische methode, die principieel moet worden afgewezen.
Bij al deze overwegingen blijft, aldus de universitair docent, de bewondering voor het werk van de Heilige Geest. De Geest inspireerde namelijk niet alleen de eerste Bijbelschrijvers, maar waakt tot op de dag van vandaag over de overlevering van de woorden Gods.