Alleen al in de provincie Idlib aan de grens met Turkije zijn volgens de tegenstanders van het regime 21 mensen gedood. „De veiligheidstroepen schieten weer in het wilde weg”, zei een ooggetuige tegen de Arabische zender al-Arabiyah. Een razzia in de stad Hama zou aan zes burgers het leven hebben gekost. Ook in de hoofdstad Damascus en de steden Homs,en Dair as-Saur vielen weer slachtoffers.

Een half jaar geleden begonnen grote demonstraties tegen het regime van president Bashar al-Assad. Sindsdien zijn volgens cijfers van de Verenigde Naties meer dan 2600 mensen omgekomen bij de protesten.

De Turkse premier Recep Tayyip Erdogan haalde vrijdag scherp uit naar Assad. De tijd van repressieve regimes is voorbij, zei hij op bezoek in Libië. In een interview met de krant Hürriyet van die dag verklaarde hij dat Assad zich moet ontdoen van de mensen in zijn entourage die vasthouden aan de gewelddadige onderdrukking van de protesten. „Als president Bashar deze stap niet neemt, zal hij persoonlijk de prijs betalen”, voegde hij eraan toe.