Eerder hadden Abvakabo en Bondgenoten zich al gekeerd tegen het akkoord dat vakbeweging, werkgevers en kabinet in juni sloten. De drie bonden hebben een meerderheid in de federatieraad van de FNV, die maandag een eindoordeel velt over het akkoord.

FNV Bouw heeft steeds als voorwaarde gesteld dat ook in de toekomst mensen met een zwaar beroep, zoals bouwvakkers, vanaf hun 65e een AOW-uitkering moeten kunnen krijgen die even hoog is als nu. Aan die voorwaarde is niet voldaan, aldus de bond, die vrijdag benadrukte geen definitief nee te willen zeggen. „De basis is goed, maar op dat punt is verbetering nodig”, aldus voorzitter John Kerstens.

Bouw wijst erop dat nog steeds wordt onderhandeld over een verbetering van het akkoord en dat ook in de Tweede Kamer moties liggen die daarom vragen. Daarom besloot de bond tot een „nee, tenzij” en riep hij de overige FNV-bonden op het niet definitief af te wijzen.

Ook Abvakabo gaat met een „nee, tenzij” de federatieraad in. „Het moet beter”, verklaarde waarnemend voorzitter Corrie van Brenk vrijdag. Zij voelt zich gesteund door de uitkomst van het referendum onder de 350.000 leden van Abvakabo. Van de 13 procent die stemde, was 88 procent tegen het akkoord. „Deze uitslag is duidelijk. De leden vinden het huidige principeakkoord onvoldoende. Het moet beter, ” aldus Van Brenk. Zij zal die boodschap maandag overbrengen.

Bondgenoten voert al maanden campagne tegen het akkoord, dat volgens de bond te weinig zekerheid biedt. Net als Abvakabo en Bouw wil de grootste FNV-bond dat mensen met een laag inkomen ook straks nog op hun 65e kunnen stoppen met werken zonder te veel aan koopkracht in te leveren. Ook vindt de bond dat in het huidige akkoord de risico’s van tegenvallende opbrengsten van pensioenfondsen te veel bij de werknemer liggen.

Minister Henk Kamp van Sociale Zaken heeft nog hoop dat de kritische bonden zich achter het akkoord scharen. Hij liet eerder weten dat hij terugvalt op zijn eigen plannen als het akkoord wordt afgewezen. Dat betekent een kale verhoging van de pensioenleeftijd, zonder de extraatjes uit het akkoord zoals een hogere AOW-uitkering.