De eerste zware testcase
Het is heel vanzelfsprekend dat nieuwe cijfers over de staat van de economie ’s lands schatkistbewaarder in de schijnwerpers plaatsen. Kan er meer worden uitgegeven, moet er strenger worden bezuinigd of passen de cijfers perfect binnen de gehanteerde begrotingssystematiek? Niet bijzonder dus dat Zalm in zijn vijfde week in het centrum van de politieke belangstelling staat.
Toch is de aandacht ditmaal wel heel intens. Met de economie was het al slecht gesteld, het kabinet haalt de broekriem al zo strak aan, en dan lekken er bij het Centraal Plan Bureau cijfers uit die het totaalbeeld nog weer somberder maken. Gecombineerd met de wetenschap dat Zalm op Financiën wil bewijzen dat hij ook in tijden van tegenspoed succesvol kan zijn, leidt dat tot de vraag hoe hard deze VVD’er zich in zijn eerste echte test gaat opstellen.
Het debat over de Voorjaarsnota, gepland voor de woensdag in Zalms vijfde werkweek, biedt de oppositie een buitenkans om de bewindsman duchtig aan de tand te voelen. Het begrotingstekort dreigt volgend jaar op te lopen tot boven de 2,5 procent, volgens het regeerakkoord moet er dus extra worden bezuinigd, maar gaat dat daadwerkelijk gebeuren? PvdA, SP en GroenLinks steken niet onder stoelen of banken dat zij daar in elk geval niets in zien.
Ze krijgen Zalm echter niet zover dat hij nu al het achterste van zijn tong laat zien. Pas op Prinsjesdag moet hij echt tonen waar hij staat. Voor die tijd komt het CPB opnieuw met berekeningen, die wacht hij eerst nog maar eens af. Bovendien wil hij de cijfers door zijn eigen ambtenaren laten narekenen.
Toch doet Zalm van zich spreken tijdens deze eerste echte confrontatie met de Tweede Kamer. Als hij oppert dat er volgend jaar mogelijk ontkoppeld gaat worden (de uitkeringen groeien dan niet mee met de lonen), is de Kamer te klein. Volgens de oppositie moet Zalm daarvoor de Wet koppeling met afwijkingsmogelijkheden herschrijven, omdat er in de toelichting op die wet staat dat alleen ontkoppeld mag worden als er tegenover iedere 100 werkenden meer dan 82,6 uitkeringstrekkers staan. En zo slecht is de situatie op dit moment nog niet.
De minister wuift dat commentaar weg met de stelling dat de toelichting op de WKA twintig jaar geleden is opgesteld en dus niet meer actueel is. Kabinet en Kamer kunnen volgens hem in goed overleg kiezen voor een andere interpretatie. Gelukkig voor Zalm neemt CDA-kamerlid De Nerée hem in bescherming tegen de kritiek dat hij daarmee iets anders zou hebben beweerd dan premier Balkenende. Of dat genoeg is om minister De Geus van Sociale Zaken, verklaard tegenstander van ontkoppeling, alsnog een goede nachtrust te bezorgen, is onduidelijk.
Zalm doet in het debat ook nog op een andere manier van zich spreken. Uit hij milde kritiek aan het adres van het CPB, ten aanzien van de Rekenkamer laat hij zich even helemaal gaan. De financiële controleur heeft de uitvoering van de begroting voor 2002 bij alle departementen doorgelicht en nogal wat kritiek geuit. Namens „vele departementen” blaft Zalm terug dat de Rekenkamer zich daarbij wel erg gretig en soms zelf onzuiver heeft opgesteld. „Zo, dat lucht op”, besluit hij na een tirade van ruim een kwartier.
De woensdag staat dus centraal in de vijfde week van Zalm. Op de andere dagen doet hij nuttige dingen, die minder in het oog springen, zoals het ontvangen van een delegatie van het Servisch-Montenegrijnse ministerie van Financiën, waaraan zijn eigen departement technische assistentie verleent. Gelukkig weet Zalm als echte familieman op maandag ook tijd te maken voor de verjaardag van zijn moeder, die nog altijd in zijn geboorteplaats Enkhuizen woont.
voetnoot (u17(Dit is het vijfde artikel in een serie verhalen over vice-premier Zalm.