Boerderij en molen Goeree in schijnwerpers
MIDDELHARNIS – Boerderij Het Sas in Dirksland zal de komende dagen weer schitteren aan het water. Na het succes van vier jaar geleden wordt op Goeree-Overflakkee deze maand voor de tweede keer een verlichteboerderijenroute gehouden.
Tal van boerderijen op het eiland stonden in september 2007 in de avonduren in de schijnwerpers, wat een bijzondere en schilderachtige aanblik creëerde tegen de nachtelijke hemel. De route trok in de latere avonduren veel publiek. Zowel de organisatie als de deelnemende boerderijen en het publiek waren het erover eens dat de verlichteboerderijenroute een geslaagd initiatief was.
Deze maand ging de route dan ook in de herhaling, dit keer uitgebreid met molens. Daardoor heet het evenement nu de ”Verlichte molen- en boerderijenroute”. Aanleiding voor de uitbreiding is het Zuid-Hollandse themajaar ”Leve de molens!” Vanwege de uitbreiding worden ook alle twaalf molens op het eiland belicht.
De boerderijen en de molens staan in de schijnwerpers op 8, 9, 10, 15, 16 en 17 september.
In het Jaar van de Boerderij, 2003, groeide het besef dat de boerderij én haar bewoners het verdienen om blijvend aandacht te krijgen van publiek en politiek. Als een van de mogelijkheden daartoe kwam het idee om de boerderijen –letterlijk en figuurlijk– in de schijnwerpers te zetten.
De Boerderijenstichting Zuid-Holland organiseerde daarna diverse winterseizoenen verlichteboerderijenroutes. Streeksgewijs staan daarbij diverse boerderijen in de schijnwerpers. Inmiddels waren er dertien verlichteboerderijenroutes in Zuid-Holland. Die brachten zo’n 47.000 mensen op de been. Zij maakten kennis met een mix van boerenbedrijvigheid, proeverijen, cultuurhistorie en creativiteit op het platteland.
De Zuid-Hollandse commissaris van de Koningin Franssen en burgemeester Stoop van Dirksland, tevens voorzitter van het Intergemeentelijk Samenwerkingsverband Goeree-Overflakkee (ISGO), gaven vorige week het startsein voor de ”Verlichte molen- en boerderijenroute” op Goeree-Overflakkee.
De ongeveer 200 belangstellenden namen ook deel aan een bustocht die meteen daarna langs de verlichte objecten werd gehouden.
Burgemeester Stoop noemde boerderijen en molens kenmerkende elementen in het landschap die voor een groot deel de geschiedenis van de omgeving hebben bepaald en dit nog steeds doen. „Het is goed deze elementen, na 2007, opnieuw in de schijnwerpers te zetten.”
Voorzitter Hein Mijs van Sociëteit Rethorica constateerde dat veel eigenaren van boerderijen na de vorige route zich gingen verdiepen in de historie van hun bezit. „Ze leerden deze beter kennen en waarderen, en gingen bewuster zorg dragen voor de instandhouding ervan.”
Mijs pleitte ervoor dat er beleid wordt gemaakt om met boerderijen méér te mogen doen dan alleen agrarisch gebruik. Door de schaalvergroting in de landbouw zijn de –vaak historische– gebouwen niet altijd meer functioneel. „En dat is een punt van zorg.” Ook riep hij ertoe op om terughoudend te zijn met hoogbouw in een agrarische omgeving, „opdat het silhouet van molen en toren in stand zal blijven.”
Voorzitter van Molenstichting Goeree-Overflakkee Leen Vroegindeweij sprak tegenover commissaris van de koningin Franssen zijn teleurstelling uit over het feit dat de provincie geen financiële bijdrage aan de route wilde geven.
Franssen prees op zijn beurt het initiatief van de route, omdat die toeristen trekt. „Er zullen nieuwe economische degens moeten worden gehanteerd. Daar kan de molen, als toeristische trekpleister, een goede rol in vervullen. Laten ze uit het hele land hier maar eens komen kijken. Dan weten ze meteen dat Flakkee níét bij Zeeland hoort!”