Advocaat-generaal van het EU-Hof van Justitie in Luxemburg, Christine Stix-Hackl, wijst de klacht af over de 25 procent lagere uitkering van bijna 110 miljoen euro over 1997. Wat de klacht betreft over het veel lagere bedrag over 1998 van 6,3 miljoen euro, staat ze aan de kant van Nederland en adviseert ze vernietiging van het besluit („beschikking”) van de Europese Commissie.

Het gaat om een zogenoemde conclusie, nog geen uitspraak, maar doorgaans volgt het Hof de mening van de advocaat-generaal. Wanneer dat arrest valt, is echter niet te zeggen. „Het kan dit najaar worden, maar ook volgend voorjaar”, aldus een woordvoerster donderdag in Luxemburg.

Najaar 2001 stapte het kabinet naar het Hof, onder aansporing van toenmalig minister van Landbouw Brinkhorst. Ook al was het hem niet gelukt de Commissie te vermurwen de korting bij te stellen, hij verwachtte „meer dan 50 procent” kans van slagen in Luxemburg. Brinkhorst, als minister van Economische Zaken donderdag op kennismakingsbezoek in Brussel, wilde aanvankelijk weinig kwijt over de dreigende afwijzing van de belangrijkste Nederlandse klacht. Hij herinnerde eraan dat de varkenspestcrisis destijds viel onder VVD-landbouwminister Van Aartsen. „Ik hechtte wel aan continuïteit van beleid. Het is nu afwachten wat het arrest wordt. Maar die 50 procent kans van slagen lijkt het toch te worden.”

Het besluit van de Commissie als het dagelijks bestuur in de Europese Unie gaat terug tot begin 2000. Haar argumenten kwamen erop neer dat Nederland te laks zou zijn opgetreden tijdens de crisis van de varkenspest. Er zou te veel aan de boeren zijn betaald voor opgekochte varkens, te slecht gecontroleerd en te weinig geruimd zodat de pest zich verder verspreidde dan nodig. De Europese Rekenkamer oordeelde later dat jaar dat de Commissie gelijk had en steunde de strafkorting voor het volle pond.

De crisis begon in 1996 in Duitsland en sloeg over naar Nederland en vervolgens naar België en Spanje door het vervoer van besmette dieren. De EU had een aandeel, zoals de regels zijn, in de kosten die met de bestrijding van de ziekte gepaard gingen.