Binnenland

Cafébaas: Niemand schuldig aan brand

„Ik heb geen fouten gemaakt in de bedrijfsvoering. Ik heb gehoord dat als er een ongeluk gebeurt in de zaak, de eigenaar altijd verantwoordelijk is. Dat zal wel, maar in hoeverre vind ik heel moeilijk. Niemand heeft schuld. Dit heeft niemand gewild. Bij een ander was hetzelfde gebeurd.”

ANP
26 June 2003 11:33Gewijzigd op 14 November 2020 00:24

Dit verklaarde de Volendamse horecabaas J. Veerman donderdagmorgen voor de rechtbank in Haarlem. Af en toe werd de 56-jarige eigenaar van café De Hemel hevig door emoties overmand. „Ik word al 2,5 jaar als een boef afgeschilderd. Mijn vrouw durft ’s avonds de hond niet meer uit te laten, omdat ze is uitgescholden voor moordenaar!”

Veerman gaf wel aan dat hij de baas was in het café en dat de rol van zijn 26-jarige dochter L. en de 35-jarige bedrijfsleider J. V. (geen familie van de baas) ondergeschikt was. „L. was een gewone werknemer. J. was sinds 20 oktober 2000 bij mij in vaste dienst. Als ik er niet was, was hij verantwoordelijk, maar er werden geen beslissingen genomen zonder mij”, vertelde Veerman.

De drie worden verdacht van brand en dood door schuld en het veroorzaken van zwaar lichamelijk letsel. In de nieuwjaarsnacht van 2001 woedde in het Volendamse café een korte maar felle brand die aan 14 jongeren het leven heeft gekost en waardoor er bijna 300 gewond raakten.

De belangstelling van slachtoffers en nabestaanden was vanmorgen groter dan de eerste twee zittingsdagen. Het is voor het eerst dat Veerman zijn verhaal in het openbaar doet.

Veerman bestreed dat er op de avond van de brand te veel mensen in het café waren. „De politie zegt 270, maar dat heb ik nog nooit meegemaakt. En wat is veel? Wij vinden zo’n grote drukte heel normaal. Er is mij nog nooit verteld hoeveel mensen er binnen mochten zijn.”

De Volendammer heeft er naar eigen zeggen altijd alles aan gedaan om minderjarigen uit zijn zaak te weren. Ook hield hij streng toezicht op het ophangen van de kerstversiering, vertelde Veerman. „Als het te laag hing, greep ik in. Het moest zo dicht mogelijk bij het plafond hangen en zo strak mogelijk.” Het is volgens hem „absoluut niet waar” dat de kerstversiering is gaan zakken gedurende de weken dat het hing, zoals sommige bezoekers hebben verklaard.

Verder houdt Veerman vol de brief van de gemeente over het impregneren van de kersttakken niet te hebben ontvangen.

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer