Een bedrag van 64 miljoen euro heeft direct of indirect betrekking op het milieu. Alleen al de bodemsanering kost 38 miljoen euro.

De Inspectie Openbare Orde en Veiligheid (IOOV) concludeerde deze week onder meer dat er bij de bestrijding van de brand te veel bluswater is gebruikt waardoor het milieu onnodig veel schade heeft geleden.

In januari hoopte de provincie Noord-Brabant nog dat de bodemsanering ‘binnen enkele weken’ kon beginnen om verdere schade aan het milieu en oplopende kosten te voorkomen. Een in het voorjaar beloofd onderzoek naar de bodemvervuiling bleef uit omdat eerst nader onderzoek nodig was. Het grote werk is nog steeds niet begonnen, bevestigde een provinciewoordvoerder vrijdag. De provincie en de gemeente weten tot op de dag van vandaag niet wie het bevoegd gezag is voor de bodemsanering. „Dat is ingewikkelde problematiek.” Binnen ‘afzienbare tijd’ moet het opruimen beginnen, zei hij.

Wie opdraait voor alle kosten is nog steeds de grote vraag. De betrokken overheidspartijen hebben Chemie-Pack aansprakelijk gesteld maar het bedrijf ging maandag failliet. Het is publiek geheim dat de verzekering van het bedrijf de schade bij lange na niet dekt.

Als de claim bij Chemie-Pack onvoldoende oplevert, hopen de Brabantse partijen (provincie, gemeente, havenschap, waterschap, politie, brandweer en veiligheidsregio) op geld uit Den Haag bestemd voor rampen.