De mensenrechtenorganisatie stelt dat de nieuwe regering van Ivoorkust ervoor moet ervoor zorgen dat het geld dat Trafigura als schadevergoeding heeft uitgekeerd, bij de slachtoffers terechtkomt.

Trafigura, een internationaal bedrijf met een hoofdkantoor in Amsterdam, heeft ruim 180 miljoen euro aan schadevergoedingen uitgekeerd, maar het is volgens Amnesty niet duidelijk waar een groot deel van dat geld is gebleven.

„De uitbetalingen zijn gestagneerd door herhaaldelijk oponthoud en gebrek aan transparantie”, aldus Benedetta Lacey van Amnesty International. Ze zei dat de regering van president Alassane Ouattara door doortastend optreden moet laten zien dat corruptie en misbruik van fondsen niet worden getolereerd.

Trafigura keerde de Ivoriaanse regering op grond van een begin 2007 gesloten overeenkomst 135 miljoen euro uit. Het geld zou worden uitgekeerd aan slachtoffers en worden gebruikt om het gif op te ruimen. Later volgde nog een betaling van bijna 14 miljoen euro.

De regering stelde een lijst op met de namen van 95.000 mensen die in aanmerking kwamen voor schadevergoeding. Er is echter nooit een goede regeling getroffen voor de uitbetalingen en het is onduidelijk hoeveel geld tot nu toe bij de slachtoffers terecht is gekomen.

In 2009 keerde Trafigura nog eens ruim 31 miljoen euro uit op grond van een overeenkomst die werd gesloten in Groot-Brittannië, waar een rechtszaak diende namens bijna 30.000 slachtoffers van de gifstort. Ook de uitbetaling van dat geld liep mis, door toedoen van een organisatie die ten onrechte beweerde de slachtoffers te vertegenwoordigen.

Ivoorkust is momenteel herstellende van een uitzonderlijk zware politieke crisis. Vorig najaar werd zittend president Gbagbo verslagen en Ouattara gekozen tot nieuwe leider. Maar het duurde maanden voordat Gbagbo zijn verlies toegaf en bereid was te vertrekken. Ook nadat Ouattara is ingezworen als president, is de rust in het land niet teruggekeerd, omdat de tegenstellingen wortelen in verdeeldheid onder de bevolking.