Zeeland loopt risico op kleine milieuramp
Als het water van het Volkerak-Zoommeer deze zomer wederom door algen wordt veranderd in groene drab, staat Zeeland zo goed als zeker een kleine milieuramp te wachten. Door vergiftiging vonden vorig jaar 5000 watervogels de dood. Rijkswaterstaat heeft een plan van aanpak bedacht. Maar niet iedereen gelooft erin.
Omwonenden van de havenkom in Ooltgensplaat houden hun hart vast. De eerste blauwalgen zijn gesignaleerd. Als piepkleine, groene bolletjes zweven ze door het water van het Volkerak. Mocht de temperatuur zo hoog blijven als de afgelopen weken, dan is het gevaar op een nieuwe plaag meer dan waarschijnlijk. Zeker als er ook nog eens weinig regen valt.
De blauwalg verandert het meer tussen Zeeland en Noord-Brabant jaarlijks in een stinkende smurrie. „Het lijkt wel of het elke zomer erger wordt”, zegt een omwonende. Hij moet er niet aan denken dat de kleine milieuramp die Ooltgensplaat vorig jaar trof, zich deze zomer zal herhalen. Door een aanhoudende oostenwind werden de dikke lagen blauwalg toen in de havenkom van het dorpje gedreven. „De stank was niet te harden”, aldus de man.
Niet alleen inwoners van Ooltgensplaat hebben hinder van de blauwalg. Ook in Oude Tonge, Tholen en andere plaatsen langs het Volkerak-Zoommeer doen zich in de zomermaanden problemen voor. „We kunnen niet meer zwemmen, recreanten mijden onze plaatsen en restaurants aan het water kunnen naar hun klanten fluiten.”
De plaag trekt bovendien een zware wissel op flora en fauna. Omdat de blauwalg giftig is, gaan tal van vogels, vissen en planten een gewisse dood tegemoet.
Rijkswaterstaat werkt achter de schermen hard aan een oplossing. De afgelopen maanden is een proef bedacht waarmee het probleem te lijf kan worden gegaan. Het gaat om een plan waarbij het Volkerak-Zoommeer in de maanden juli, augustus en september wordt doorgespoeld met vers water vanuit het Hollands Diep. Aan de bovenkant van het meer, bij de Volkeraksluizen, gaat het erin, aan de onderkant, bij Rilland-Bath, stroomt het er weer uit. „Het is een kwestie van twee kranen opendraaien”, aldus woordvoerder Arnold van der Wees van Rijkswaterstaat.
Het project oogt op papier eenvoudig, maar in werkelijkheid steekt het complex in elkaar. Vanuit de landbouw, recreatie, scheepvaart en visserij worden talrijke kanttekeningen bij het voorstel geplaatst. De milieubeweging is tegen, terwijl ook diverse gemeenten in Zeeland en Noord-Brabant bezwaren aanvoeren. Uiteindelijk moeten drie provincies goedkeuring aan het voorstel geven: Zuid-Holland, Noord-Brabant en Zeeland. Naar verwachting bepalen zij eind deze maand hun standpunt.
Op korte termijn is doorspoelen van het Volkerak-Zoommeer het enige middel om de blauwalg aan te pakken, aldus Van der Wees. „Het water komt meer in beweging dan nu het geval is. Nu blijft het water gemiddeld 200 dagen in het meer, ons plan zorgt ervoor dat het na ongeveer 40 dagen verdwijnt in de Westerschelde. De blauwalg krijgt daardoor minder gelegenheid zich te ontwikkelen.”
Dat het water zolang stilstaat, is een direct gevolg van de Deltawerken. Door de aanleg van de Philipsdam en de Oesterdam werd het Volkerak-Zoommeer in de jaren tachtig volledig afgesneden van de Oosterschelde. Het zoute water verdween, net als de getijdenbeweging. Er kwam een 6000 hectare groot zoetwatergebied zonder eb en vloed voor in de plaats.
De rigoureuze ingreep in het rijk der natuur leek aanvankelijk op een succes uit te lopen. Het water was kraakhelder, recreanten en vissers konden zo’n 4 meter diep kijken. Totdat de blauwalg zich aandiende. Sindsdien is het Volkerak-Zoommeer een van de grootste zorgenkindjes van Rijkswaterstaat. „Het grootste probleem is dat de algen giftige stoffen produceren. Die komen vrij als ze in de nazomer afsterven. In oktober van 2002 bleek hoe gevaarlijk de situatie dan kan worden: zo’n 5000 watervogels vonden de dood”, aldus van der Wees.
Belangrijke oorzaak van de problematiek is de grote aanvoer van meststoffen vanuit de Brabantse rivieren, de Mark-Dintel en de Steenbergse Vliet. „De overmaat aan voedingstoffen in combinatie met de lange verblijftijd van het water in het meer vormen de ideale omstandigheden voor een explosieve groei van blauwalgen”, zegt Van der Wees. „Het gaat helemaal mis bij hoge temperaturen en weinig regenval.”
Aan het plan om het Volkerak-Zoommeer door te spoelen, kleven allerlei haken en ogen. Van der Wees beseft dat als geen ander. Hij wijst op de kwaliteit van het water van het Hollands Diep: dat bevat eveneens hoge concentraties nitraat en fosfaat. „Stel dat we het doorspoelen halverwege de rit moeten staken, dan zitten we met een enorme hoeveelheid water waarin de alg prima gedijt.”
Zo’n probleem is niet uit de lucht gegrepen. De milieubeweging wijst daar nadrukkelijk op. Juist ’s zomers is de kans groot dat de toevoer uit het Hollands Diep moet worden stilgelegd, omdat het zelf eenvoudigweg te weinig water van de Rijn krijgt aangeleverd. Van der Wees: „En het water dat al wél in het Volkerak-Zoommeer is, mag er niet uit, omdat het peil dan sneller zou dalen dan is toegestaan. Het risico is kortom dat het middel uiteindelijk erger blijkt te zijn dan de kwaal.”
Mochten de drie provincies instemmen met de proef, dan is het probleem volgens van der Wees nog lang niet opgelost. „Ideaal zou zijn als we eb en vloed in het watersysteem terugbrengen. Zover is het nog lang niet. Naast de fysieke ingrepen aan de Philipsdam en de Oesterdam moeten we dan ook weten wat de consequenties zijn voor het zoetwaterbeheer, de drinkwatervoorziening en de landbouw. En ondertussen gaan we met de boeren in overleg om de aanvoer van meststoffen aan te pakken.”