Twijfel in de Kamer over D66-wet ontslagrecht
DEN HAAG (ANP) – In de Tweede Kamer worden vraagtekens gezet bij het plan van D66 voor een initiatiefwetsvoorstel over versoepeling van het ontslagrecht. Behalve dat regeringspartijen VVD en CDA wijzen op de afspraak met gedoogpartner PVV niet te tornen aan het ontslagrecht, hebben diverse partijen ook twijfels over wat D66-Kamerlid Fatma Koser Kaya heeft aangekondigd deze week.
Zo zijn PvdA en ChristenUnie huiverig om een ontslag alleen nog achteraf te laten toetsen door de rechter als een werknemer bezwaar heeft gemaakt. De SP noemt het D66-plan verwerpelijk. „Het haalt de preventieve toets op ontslag zowel door de rechter als door het UWV onderuit. Het maakt van de arbeidsverhoudingen een vechtarena”, aldus SP’er Paul Ulenbelt.
Koser Kaya pleit al jaren voor aanpassing van het ontslagrecht. Ze waarschuwt dat werkgevers steeds meer overstappen van personeel in vaste dienst naar flexkrachten. PvdA-politica Mariëtte Hamer wil deze trend ook stoppen, maar niet door „hapsnap zomaar het ontslagrecht te versoepelen”.
Volgens Hamer dwingt een preventieve toets op ontslag werkgevers „zorgvuldiger personeelsbeleid te voeren”. Haar ChristenUnie-collega Cynthia Ortega wil werkgevers ook verantwoordelijk maken voor de eerste zes maanden WW. Om werkloosheid te voorkomen zou een baas minder snel overgaan tot ontslag en meer doen om personeel bijvoorbeeld via scholing inzetbaar te houden en zonodig aan ander werk te helpen.
Toen CDA, PvdA en ChristenUnie in de vorige kabinetsperiode regeringspartners waren, strandde nog een poging om het ontslagrecht te versoepelen. CDA-Kamerlid Eddy van Hijum stelt dat zijn partij heeft geleerd dat alleen vereenvoudiging van het ontslagrecht niet kan. Ook het CDA wil meer verantwoordelijkheid van werkgevers bij de WW. Verder moeten bazen beloond worden voor investeringen in scholing door deze aftrekbaar te maken van een ontslagvergoeding.
VVD wil al jaren een soepeler ontslagrecht, maar gedoogpartner PVV is tegen.