Al snel na de moord, in januari 2007, rees het vermoeden dat er duistere krachten achter de moord zaten. Dink sprak zich uit over de Armeense genocide en pleitte voor debat en verzoening tussen Armeniërs en Turken en maakte zich daarmee gehaat onder Turkse nationalisten.

De opdrachtgevers van de moord zouden volgens velen in die kringen gezocht moeten worden. Daarnaast bleek dat de staat op hoog niveau wist van de plannen om Dink om te brengen, maar kwam niemand in actie om de moord te voorkomen. Het justitieel onderzoek richtte zich echter vooral op de jonge dader.

De Armeense gemeenschap in Turkije verloor al snel alle vertrouwen in een diepgaand onderzoek waarbij alle verantwoordelijken zouden worden gestraft. Keer op keer kwam schokkend nieuws over de zaak naar buiten, waaronder foto’s waarbij politieagenten met Samast als held op de foto gingen, met de Turkse vlag als achtergrond. De vrees bestaat dat met de veroordeling van Samast de zaak als gesloten beschouwd zal worden.

De rechter legde Ogun Samast maandag 22 jaar en tien maanden gevangenisstraf op. Waarschijnlijk komt hij na twaalf jaar vrij: het voorarrest wordt afgetrokken en na twee derde van de straf te hebben uitgezeten, komt hij voor vrijlating in aanmerking.