Eenheid
Johannes 6:53
„Tenzij dat gij het vlees des Zoons des mensen eet, en Zijn bloed drinkt, zo hebt gij geen leven in uzelven.”
Ons lichaam zou even goed zonder voedsel kunnen als onze ziel zonder Christus. „Die Mijn vlees eet, en Mijn bloed drinkt”, die leeft door het geloof in de gekruisigde Christus. Er wordt van gesproken als van een voortdurende handeling, „die blijft in Mij, en Ik in hem.”
Door het geloof zijn we nauw en innig met Christus verenigd. Hij is in ons en wij zijn in Hem. Gelovigen zijn in Christus als in hun vesting of schuilplaats.
Christus leeft in hen als de heer des huizes, om het huis te besturen en ervoor te zorgen. De vereniging van Christus en de gelovigen is van dien aard dat Hij hun verdriet met hen deelt en zij delen in Zijn vreugde en genade. Hij eet met hen van hun bittere kruiden en zij eten met Hem van Zijn lekkernijen.
Het is een eenheid die niet verbroken kan worden, zoals die van het lichaam en het verteerde voedsel (Romeinen 8:35; 1 Johannes 4:13).
Matthew Henry, predikant in Engeland (”Roemen in het kruis”)