ECB-kandidatuur Trichet niet op agenda EU-top
De weg naar de Europese Centrale Bank (ECB) ligt definitief open voor Jean-Claude Trichet. Donderdag maakte het Franse openbaar ministerie bekend af te zien van hoger beroep in de rechtszaak tegen de topbankier.
Op de top van de Europese Unie nabij Thessaloniki maakt voorzitter Griekenland donderdagavond echter bekend dat zijn kandidatuur niet op de agenda staat. Premier Simitis zei dat het besluit over de opvolging van president Wim Duisenberg pas op de volgende top in oktober valt. De Franse regering had woensdag laten weten de wisseling van de wacht zo snel mogelijk geregeld te willen zien.
Trichet, president van de centrale bank van Frankrijk, werd woensdag vrijgesproken van verantwoordelijkheid voor ernstige onregelmatigheden bij de vroegere staatsbank Crédit Lyonnais. Als topambtenaar zette hij begin jaren negentig zijn handtekening onder jaarrekeningen waarin miljardenverliezen waren weggepoetst.
De bank bleef overeind en nu Trichet ook. Openbaar aanklager Yves Bot had tien dagen de tijd om tegen het vonnis van de Franse rechter in beroep te gaan. Hij zal de 60-jarige topbankier echter niet langer het leven zuur maken. „Ik teken geen beroep aan. Alles is gezegd. We moeten weer vooruitkijken”, lichtte Bot zijn besluit donderdag toe.
In een toespraak op een financiële conferentie in Venetië nam Trichet zich die raad ter harte. In de Italiaanse stad beleed hij in krachtige bewoordingen zijn toewijding aan de monetaire orthodoxie. Waarnemers die op een wat soepeler benadering hopen na het vertrek van Duisenberg, hoeven daar op voorhand niet op te rekenen. Een sterke en stabiele euro en financiële stabiliteit zijn en blijven volgens de beoogde ECB-topman de kern van het beleid zoals dat op het hoofdkantoor in Frankfurt wordt gevoerd.
Voor de benoeming van Trichet tot Europees bankpresident rond is, moeten behalve de staatshoofden en regeringsleiders van de EU ook het Europees Parlement en de ECB zich over de voordracht uitspreken. Daardoor zal het nog enkele maanden duren, voordat de benoeming rond is. Duisenberg, die oorspronkelijk op zijn verjaardag op 9 juli zou aftreden, zal dus nog wel een poosje aanblijven. Onder zware druk van Parijs moest hij bij zijn aantreden in 1998 beloven eerder op te stappen. Een volle ambtstermijn duurt acht jaar.
Intussen stelt België pogingen in het werk econoom en senator Paul de Grauwe bij de eerstvolgende nominatie de directie van de ECB binnen te loodsen. In de gedachtegang van premier Guy Verhofstadt hoort daar een vertegenwoordiger van de Benelux te zitten. Na de Nederlander Duisenberg zou een Belg aan de beurt zijn.
Vanuit Den Haag kwam donderdag slechts een uiterst koele reactie op deze redenering. Een woordvoerder van het ministerie van Financiën benadrukte dat kwaliteit „veruit het belangrijkste” is. Wat de kansen van De Grauwe, door zijn regering tweemaal eerder vergeefs voorgedragen om een openstaande post te vervullen, er niet groter op maakt.