Het Egyptische volk heeft bewezen geduldige te zijn
CAIRO – Bijna zes maanden na het uitbreken van de opstand in Egypte verkeert het land nog altijd in staat van opperste chaos. Geruchten van een tweede opstand, stakingen en contrarevolutie waren al dagen door de straten van Egyptes grote steden. Het Egyptische volk heeft geduld met de legerleiding en de tijdelijke regering. Maar het geduld begint zo langzamerhand op te raken. Daarom was gisteren uitgeroepen tot de dag van de ”laatste waarschuwing”.
De imam van de moskee Omar Makram, net naast het Tahrirplein, sprak de demonstranten vanaf het hoofdpodium toe. Hij is een van de eersten die de Egyptische revolutie begonnen. Hij veroordeelde pogingen van de contrarevolutionairen die een strijd proberen te creëren tussen moslims en christenen. Ook minister-president Essam Sharaf krijgt ervan langs, want er zou nu niet zoveel werkloosheid zijn als de topfunctionarissen niet van die exorbitante salarissen en bonussen zouden ontvangen. Hij eiste dat er een plafond moet komen voor de hoogste ambtenarensalarissen. Hiermee leegde hij meteen de vinger op de grootste zere plek van deze tijd in Egypte: het totale gebrek aan sociale rechtvaardigheid. Nog wel een van de hoofdeisen van de demonstranten van het eerste uur.
Ook in Alexandrië sprak de imam de daar verzamelde demonstranten toe. Hij hield hen voor dat de heersende autoriteiten proberen de revolutie te doden en dat zes maanden na de revolutie nog steeds aan „onze eisen niet is voldaan.”
Na het Vrijdaggebed stroomde het Tahrirplein in Caïro gisteren snel vol. Tientallen medewerkers, gekleed in T-shirts met ”Plein Politie” erop, controleerden alle toegangen tot het plein. Ze vroegen naar persoonsbewijzen, controleerden tassen en fouilleerden mensen. In de loop van de dag waren ze erin geslaagd om vijftig ‘misdadigers’ te onderscheppen. De misdadigers, die vuurwapens en messen bij zich hadden, werden ‘gearresteerd’ en in het ondergrondse metrostation vastgehouden tot ze konden worden overgedragen aan de nabij aanwezige militaire eenheden.
Aan de andere kant van Caïro, op het Roxyplein in Heliopolis, kwamen ongeveer duizend demonstranten bij elkaar voor een tegendemonstratie. Sommige Twittergebruikers op het Tahrirplein maakten grappen over de minidemonstratie op het Roxyplein.
Demonstranten op het Tahrirplein zongen ”Ik voel niet iedere verandering (taghyeer), ik ben er een van Tahrir”. Veel politieke partijen, oude en nieuwe, waren aanwezig op het plein, ze deelden flyers en partijposters uit. Enkele honderden demonstranten verzamelden zich bij het ”jongeren podium” en zongen liederen tegen maarschalk Tantawi, het hoofd van de militaire overgangsregering. ”Tantawi neem uw beslissing – kiest u voor de mensen of voor Mubarak?”
Naarmate de dag vorderde werd de zon ondraaglijk fel. Een vrouw viel flauw en een zakkenroller werd betrapt. En 3000 demonstranten zongen voor een zuivering van de staatsmedia van pro-Mubarakfiguren. Op het grootste podium van het plein riep de moeder van een van de martelaar op tot ”gerechtigheid voor bloed”.
Maar daar ging het uiteindelijk allemaal niet om. Alle ogen zijn gericht maarschalk Tantawi en premier Essam Sharaf. Belangrijk is dat de 06 april-beweging aankondigde dat zij premier Sharaf blijft steunen bij zijn inspanningen om een echte revolutionaire regering tot stand te brengen. Dat is immers een van de zes fundamentele eisen en de voorwaarden voor beëindiging van de landelijke protestactie.
Inmiddels heeft premier Sharaf wat meer ruimt gekregen van de SCAF. De afgelopen week heeft hij weer een aantal ministers, die volgens de demonstranten besmet zijn door hun Mubarakverleden, vervangen. Eergisteren maakte de SCAF bovendien bekend dat de parlementsverkiezingen, die gepland stonden voor eind september, met zeker twee maanden worden uitgesteld. Hiermee komt de legerleiding enigszins tegemoet aan de wensen van de nog jonge oppositiepartijen om zich beter te kunnen organiseren en voorbereiden op de komende verkiezingsstrijd.
Met veel geduld en standvastigheid krijgt het Egyptische volk beetje bij beetje haar zin. Maar velen vragen zich nog altijd af: Is het niet te laat en te weinig?