Binnenland

Scootmobielclub: De tussenstop is het leukst

ALBLASSERDAM – De paden op, de lanen in. Acht weken lang toert de Scootmobielclub uit Alblasserdam door de omgeving van het damdorp. „We genieten met volle teugen. Het is prachtig in de natuur.”

André Bijl
8 July 2011 10:37Gewijzigd op 14 November 2020 15:44
ALBLASSERDAM – Leden van de Scootmobielclub toeren in de zomer elke donderdag door de omgeving van Alblasserdam. Foto André Bijl
ALBLASSERDAM – Leden van de Scootmobielclub toeren in de zomer elke donderdag door de omgeving van Alblasserdam. Foto André Bijl

De helft van de tocht van pakweg 30 kilometer zit erop. Deze week voert het uitje naar het Alblasserbos, halverwege Papendrecht en Wijngaarden. Zo’n anderhalf uur nadat bij de Alblashof het startsein werd gegeven, strijken 25 scootmobielers en 6 begeleiders neer bij het streeknatuurcentrum. De uitbater zorgt voor koffie en thee. De appelpunten met slagroom volgen snel. „Dit is toch altijd zo’n mooi plekje”, zeggen de Alblasserdammers genietend.

„We houden de scootmobielweken voor het achtste jaar en de animo groeit nog steeds”, zegt Martha Klok van de Gehandicapten Adviesraad Alblasserdam. „Het eerste jaar hadden we 6 deelnemers, nu zitten we op 25. Meer kunnen er niet mee; we moeten de veiligheid in de gaten houden en als de groep te groot wordt, verlies je het overzicht. De belangstelling is groot; we hebben zelfs een wachtlijst.”

De coördinator van het project schotelt ‘haar’ club in de zomermaanden elke donderdag­middag een nieuwe route voor. „Acht weken de natuur in; naar Wijngaarden, Ridderkerk, Kinderdijk, het Loetbos in Lekker­kerk en we gaan ook altijd een middag naar de Biesbosch. Zo veel mogelijk in de natuur. We kiezen binnenweggetjes; die zijn het mooist.

We zoeken halverwege een rustplaats die toegankelijk is voor mensen met een beperking en we regelen de vrijwilligers. Er gaan een EHBO’er mee, een verkeersbrigadier en een aantal begeleiders. Als een scootmobiel het niet meer doet, worden de accu’s omgewisseld. We hebben altijd een reservescootmobiel bij ons.”

Volgens Klok laten de deel­nemers zelden of nooit verstek gaan. „Vorige week kwam een vrouw te laat. Ze was in slaap gevallen en haar man had haar niet op tijd wakker gemaakt. Ze was in tranen.” Of er wel eens ongelukken gebeuren? „Nee, die hebben we nog nauwelijks meegemaakt. Nou ja, er botsen er wel eens twee op elkaar als ze niet op zitten te letten, maar daar blijft het dan ook bij. En ongunstig weer hebben we ook zelden of nooit. In al die jaren hebben we de tocht één keer moeten afgelasten wegens noodweer. En we hebben een keer bij een boer moeten schuilen voor een plensbui.”

Klok is enthousiast over de inzet van vrijwilligers en sponsors. En over de steun van de gemeente. „Wethouder Verheij gaf het startsein voor de eerste tocht en rijdt op 11 augustus mee op onze slotmiddag.”

De stemming op het terras zit er goed in. „Dit is haast nog gezelliger dan het rijden zelf. Dan kunnen we niet met elkaar praten. Daarom zingen we maar onderweg.” De deel­nemers benadrukken het belang van de gezamenlijke uitstapjes. „Alleen durf je zo’n tocht niet aan. Samen staan we sterk. We kijken er de hele week naar uit. Jammer dat het half augustus alweer stopt. Acht weken is eigenlijk te weinig.”

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer