Fries echtpaar heeft in fruittuin oog voor de natuur
Paul en Dianne Schouten uit het Friese Oostermeer laten zich graag verrassen door alles wat er spontaan in hun fruittuinen tot bloei komt. Daar doen ze ooit weer hun voordeel mee.
Paul Schouten wijst naar een dunne stam die tussen een rij rodebessenstruiken staat. „Dit is een jonge eik. Die kwam zomaar op, hebben we niets aan gedaan”, zegt hij. „Ik kan de stam wel weghalen, maar dat vind ik jammer. Stel je voor dat ik het volgend jaar allemaal anders wil. Dan is dit misschien wel een mooie plek voor een boom.”
De twee hebben rond hun Friese woudboerderij in Oostermeer 3 hectare grond en daarop groeien onder meer diverse soorten bessen, bramen, frambozen, (stoof)peren, appels en rabarber. En zo nu en dan worden Paul en Dianne verrast door de plotselinge groei van een eik.
Deze wildgroei zorgt ervoor dat de twee creatief moeten zijn in het bedenken van oplossingen, bijvoorbeeld als het gaat om de bescherming van het fruit tegen hongerige vogels. „Er moet straks een net over de fruitgaard”, zegt Paul. „Dat kan nu eigenlijk niet, want dan buigt de top van de eik mee en heb ik kans dat de boom daarna niet meer recht omhoog groeit. Toch gaat het net erover en als het weer weg is, buig ik de top recht en spalk ik dat stuk wel met een stuk hout. Ik heb geen idee of dat werkt. We zien wel.”
Het typeert de manier waarop Paul en Dianne Schouten hun twee commerciële fruittuinen en eigen tuin beheren: leven en laten leven. „Begrijp me goed, onze commerciële fruittuinen moeten wel strak aangelegd zijn”, benadrukt Paul. De tuinen zijn immers een bron van inkomsten voor het echtpaar. „Het gras wordt goed gemaaid en ligt er netjes bij. Langs de zijkant echter mag het wat mij betreft vol staan met bloemen, planten, onkruiden en bomen. Ik heb daar ook met opzet een stapel hout laten liggen. Dat is nu een mooie biotoop voor allerlei beestjes.”
Paul is niet bang dat deze manier van werken insecten lokt die fataal zijn voor de bramen, bessen en frambozen. „Welnee, we hebben hier niet zo’n grote plaagdruk. De balans is wat dat betreft redelijk goed. We hebben veel oorwurmen en lieveheersbeestjes, maar dat is ideaal. Die eten alles op wat ik niet in de tuin wil zien. Er zijn mensen die elke week spuiten. Wij horen daar niet bij.”
De Schoutens doet hun verhaal aan een picknicktafel onder een grillige boom in hun achtertuin, het privégedeelte. De zon breekt even door en de thermoskan met koffie wordt leeggeschonken. „Deze stoofperenboom is al ruim vijftig jaar oud en we eten er de hele herfst van”, zegt Paul. „De stoofpeertjes zijn echt heerlijk. Die eten we dan vrijwel dagelijks. Als we tijdens het seizoen in de tuin werken, zijn we de hele dag aan het snoepen. Dan eet ik zeker een pond fruit per dag.”
Vanaf half juni is het eerste fruit genuttigd. Als eerste waren de groene kruisbes en de zwarte bes rijp voor de pluk. Vervolgens is het de beurt aan de rode bes, de witte bes en de framboos. De rode kruisbes rijpt als laatste, evenals de late zwarte bes en de braam. In die periode –augustus en september– is ook de framboos meestal nog te plukken.
Gedurende het seizoen, dat meestal loopt van half juni tot begin september, komen er dagelijks gemiddeld vijftig klanten. „Die mogen zelf de bramen, bessen of frambozen plukken en rekenen het fruit vervolgens bij ons in het schuurtje af. We zien elk jaar weer dezelfde mensen terugkomen”, zegt Dianne. „Dat zijn mensen uit de buurt of vakantiegangers. We krijgen wel eens mensen uit de Randstad over de vloer die nog nooit fruit aan een boom hebben gezien.”
Het fruit dat overblijft, plukken Paul en Dianne zelf. Daar laten ze siropen en sappen van maken en die potjes en flessen verkopen ze weer in hun winkeltje. Voor Paul zijn de tuinen nooit af. Elk jaar komt hij wel weer een hoek tegen die hij anders wil inrichten. „Dat proces van verandering vind ik prachtig. Toen we hier veertien jaar geleden kwamen wonen, hadden we vanuit de boerderij vrij zicht. Nu staan er overal bomen. Ik vind het inmiddels weer tijd worden om doorkijkjes te maken. Zo staat er nu nog rabarber. Maar die ga ik verplaatsen of helemaal weghalen. Daarvoor in de plaats komen rode kruisbessen. Die zijn heerlijk door de yoghurt en om zo uit de hand te eten.”
Natuurreservaten
Het VARA-programma Vroege Vogels is dit voorjaar het project ”Tuinreservaten” gestart. Samen met Vogelbescherming, Zoogdiervereniging, Vlinderstichting, Ravon (Reptielen, Amfibieën en Vissen Onderzoek Nederland), Vivara Natuurbeschermingsproducten en het tuintijdschrift Groei & Bloei wil het programma de natuurvriendelijke tuin promoten. Op radio en televisie krijgen voorbeeldtuinen en tuindieren aandacht en worden er tips en plantadviezen gegeven.
Iedere Nederlander kan zijn tuin aanmelden als tuinreservaat. Als er aan een aantal simpele voorwaarden wordt voldaan, ontvangen de eigenaren een speciaal Tuinreservatenbordje. Inmiddels zijn er 3500 reservaten.
De particuliere tuinen vormen volgens Vroege Vogels een netwerk van zogenaamde stepping stones die planten en dieren grote kansen bieden. Een soort ecologische hoofdstructuur van natuurvriendelijke tuinen.