Stier Herman zit zonder onderdak
De Dierenbescherming gaat minister Brinkhorst (Landbouw) vragen hoe hij denkt over zijn politieke verantwoordelijkheid voor het voortbestaan van de genetisch gemanipuleerde stier Herman.
De eigenaar van de stier, het in surseance verkerende bedrijf Pharming uit Leiden, kan het onderhoud van het dier niet langer betalen. Volgens de Dierenbescherming is een onacceptabele situatie ontstaan voor het dier, dat met goedkeuring van de overheid door een commercieel bedrijf ter wereld is gebracht. Zij vraagt zich af of de overheid de risico’s voldoende heeft ingeschat en bereid is haar medeverantwoordelijkheid voor de ontstane situatie te nemen.
Stier Herman werd in 1990 geboren als eerste genetisch gemanipuleerde stier in de wereld. Hij heeft een nieuw menselijk gen waardoor zijn dochters menselijk lactoferrine zouden produceren in hun melk. Met dat eiwit wilde Pharming de markt op.
Begin jaren negentig gaven overheid en Tweede Kamer goedkeuring voor de experimenten. „De vergunning schreef voor dat de genetisch gemanipuleerde dieren direct na het experiment zouden moeten worden geslacht”, aldus de Dierenbescherming. „Maar de toenmalige minister van Landbouw, Van Aartsen, gaf op verzoek van Pharming toestemming het dier te laten leven als een soort mascotte.”
Onlangs was er nog sprake van dat Herman zijn dagen zou kunnen slijten in museum Naturalis in Leiden op een tentoonstelling over biotechnologie. Het plan ging wegens de kosten, waaraan Pharming zou bijdragen, niet door. Het onderhoud van het dier kost zo’n 45.000 euro per jaar.