Vervangingstheologie en anti-Israëldenken gaan vaak samen op
Vervangingstheologie is niet hetzelfde als kritiek op de staat Israël, maar in de praktijk gaan beide vaak samen op, reageert dr. ir. J. van der Graaf op Diederik Wienen (RD 22-6).
Adhesiebetuigingen werken bevestigend, kritische noties als van Wienen opscherpend. Mijn opmerkingen in RD 17-7 over de vervangingsgedachte in het rooms-katholieke denken had ik ook over de protestantse wereld kunnen maken, zegt Wienen. Wie mijn publicaties kent, weet dat ik mij vele malen in zeer kritische zin heb uitgelaten over die protestantse wereld, als het om soortgelijke visies ging, linksom of rechtsom. Nu ging het echter om uitspraken van de prominente rooms-katholiek Bodar.
Wienen ontkent niet de vervangingsgedachte bij rooms-katholieken (en anderen) in het Midden-Oosten. In het Westen zou dat bij Rome anders liggen. Nu ken ik de getuigenissen van „onopgeefbare verbondenheid met Israël” van (officiële) rooms-katholieke zijde. Wienen spreekt dan echter over pausen uit het recente verleden. Ik nam zelf ook dankbaar kennis van de schuldbelijdenis van paus Johannes Paulus II op 24 maart 2000 in Yad Vashem. (Zie mijn boek ”Ook zij hadden wat te zeggen”, blz. 159). Dat doet weldadig aan, als we bedenken dat paus Pius X in 1902 Theodor Herzl toevoegde: „De Joden hebben onze Heere niet erkend, daarom kunnen wij het Joodse volk niet erkennen.” Die uitspraak strookte ook met wat in Civilta Cattolica in 1897 werd gezegd, namelijk dat de Joden overeenkomstig de Heilige Schrift „tot aan het eind van de wereld verstrooid blijven moesten.”
Dominant
Het tweede boek van Benedictus XVI ligt nog onaangebroken op mijn leesstafel. De door Wienen geciteerde passages stemmen tot dankbaarheid. Rest nochtans de vraag welke gedachte in het rooms-katholieke denken „domineert”, want die woorden gebruikte ik. Bijbels zicht op Israël lokaliseert bijvoorbeeld Van Agt vooral bij „mensen van reformatorische komaf die met de Bijbel zijn opgegroeid.”
Mijn opmerkingen stonden bovendien in een politieke context, de Gazavloot. Kritiek op de politiek van de staat Israël is inderdaad iets anders dan pleitbezorger zijn van de vervangingsgedachte. Ook de politiek van Israël moet worden beoordeeld naar normen van recht en gerechtigheid, gegeven in de Thora. Echter, de vervangingstheologie heeft in de geschiedenis wel vaak Jodenhaat opgeroepen. En vandaag leidt vervangingstheologie, zowel in westerse moderne vorm als binnen de traditionele kerken in het Midden-Oosten, eveneens vaak tot agressie tegen Israël, volk, land en staat. In het Midden-Oosten is alles politiek, juist ook religie. De vervangingsgedachte leidt daar onder christenen wel degelijk tot: ”de Joden horen niet in dit land”.
Omgekeerd is het overigens ook niet zo dat solidariteit met Israël altijd gedragen wordt door een Bijbels zicht op Israël. Gelukkig zijn er in dit land ook nog niet-christelijke politici, die desondanks aan anti-Israëlhetzes niet meedoen. Die weten nog van de pogroms en de Holocaust. En voor de politieke opstelling van minister Verhagen kunnen we alleen maar dankbaar zijn.
De auteur is oud-algemeen secretaris van de Gereformeerde Bond.