ChristenUnie stapt mis met afwijzen leningen voor Griekenland
De argumenten van de ChristenUnie om het tweede hulppakket met leningen voor Griekenland af te wijzen deugen niet, vinden Martin Otte en Matthijs de Snoo. Nu de Griekse schulden deels kwijtschelden maakt de situatie alleen maar erger.
De Tweede Kamerfractie van de ChristenUnie heeft besloten geen goedkeuring te verlenen aan het tweede steunpakket voor Griekenland. Juist een christelijke politieke partij zou inzake deze problematiek visie moeten tonen, verantwoordelijkheid moeten nemen en zich ver moeten houden van populistisch gedachtegoed. Door de harde stellingname om geen lening meer aan Griekenland te geven, doet de ChristenUnie schade aan haar imago als betrouwbare partij en kan ze niet meer meespreken over de criteria rondom het hulppakket.
Volgens CU-Kamerlid Schouten zouden de Grieken eerder bereid zijn te bezuinigen, als de schulden van het land nu worden geherstructureerd (gedeeltelijk kwijtgescholden). Echter, de Griekse bevolking vindt de huidige bezuinigingen al te ver gaan. Bij herstructurering zullen de Grieken hun schuld zien dalen en zal de noodzaak van bezuinigen minder urgent worden. Juist door een tweede steunpakket en harde eisen van zowel de Europese Unie als het Internationaal Monetair Fonds (IMF), zullen hervormingen en bezuinigingen sneller en effectiever worden doorgevoerd.
Ook omdat Griekenland nog steeds een begrotingstekort heeft, zou herstructurering op dit moment juist schadelijk zijn. Door het begrotingstekort zullen de Grieken na herstructurering opnieuw meer lasten dan baten verwerven, waardoor er op termijn nieuwe herstructureringen noodzakelijk zijn. Dat is dus dweilen met de kraan open.
Onvoldoende tijd
Wanneer de EU en het IMF investeren in Griekenland, krijgen de Grieken tijd om de hervormingen door te voeren. Zonder een nieuw steunpakket is er onvoldoende tijd om goede en effectieve hervormingen te realiseren, zoals de verkoop van staatsdeelnemingen in sectoren als de luchtvaart en de scheepvaart. Zonder steunpakket en onder grote tijdsdruk zal de staat zijn deelnemingen niet tegen marktwaarde kunnen verkopen.
Daarbij moeten we ook rekening houden met de grootte van de bezuinigingen en hervormingen. Naar de schaal van de Nederlandse economie moet Griekenland in één jaar meer bezuinigen dan Nederland in vier jaar.
Daarnaast kunnen de EU en het IMF bij een tweede lening ook economische hervormingen afdwingen. Deze hervormingen zijn essentieel om een begrotingsoverschot te realiseren, daarna kan de discussie over herstructurering pas worden gevoerd.
De Tweede Kamerfractie van de ChristenUnie stelt dat men juist nu moet gaan herstructureren, aangezien op dit moment er nog een gedeelte van de schuld in private handen is. Daarbij wordt te gemakkelijk voorbijgegaan aan het belang van private partijen, maar indirect ook aan de belangen van de Nederlandse burgers. Nederland heeft een relatief grote financiële sector. Bij herstructureren zullen de gevolgen voor deze sector groot zijn en zal financiële steun van de overheid waarschijnlijk onvermijdelijk zijn. Uiteindelijk is het dan de belastingbetaler die daarvoor opdraait.
Op dit moment dreigt kredietbeoordelaar Moody’s ook ratings van private partijen die relatief grote bedragen hebben uitstaan in Griekenland te verlagen. Dit zou grote gevolgen hebben voor de financiële sector.
Bestuurbaar
Wel is van belang dat wanneer het tweede steunpakket aan Griekenland wordt uitgekeerd, de private sector vrijwillig zijn bijdrage levert door de looptijd van de uitstaande leningen te verlengen. Hierdoor blijven de kosten voor de private partijen laag ten opzichte van de kosten bij herstructurering. Daarnaast wordt voorkomen dat Griekenland weer tegen hogere rentepercentages op de geldmarkt moet gaan lenen om zijn schulden af te betalen, waardoor de vicieuze cirkel kan worden doorbroken.
In de huidige situatie zien we dat het Stabiliteits- en Groeipact onvoldoende wordt gehandhaafd, doordat deze bevoegdheid ligt bij de Europese Raad van Regeringsleiders. In het verleden heeft de raad ondanks vele overtredingen geen sancties opgelegd aan de desbetreffende landen. Om de monetaire unie stabiel te houden, zouden er automatische sancties voor overtreding van het Stabiliteits- en Groeipact moeten worden ingesteld, onder verantwoordelijkheid van de Europese Commissie. Dit vraagt visie en leiderschap van de raad om bevoegdheden over te dragen aan de Europese Commissie, maar is wel noodzakelijk om de Europese Unie op termijn bestuurbaar te houden.
De auteurs studeren economie en zijn respectievelijk penningmeester en voorzitter van de werkgroep democratie, bestuur en burgerschap van PerspectieF, de jongerenorganisatie van de ChristenUnie. Zij schrijven dit artikel op persoonlijke titel.