Vier van de vijf jonge vrouwen die dinsdag in Turkije werden opgepakt, komen uit Rotterdam, één is afkomstig uit Terneuzen. Van de vrouwen zijn er inmiddels twee op vrije voeten gesteld. De drie anderen krijgen begeleiding van de ambassademedewerker en de honorair-consul. Ze zijn bezig een bezoek aan de gevangenis te regelen, maar ze hebben nog steeds geen toestemming van de gevangenisdirectie gekregen.

Behalve de vrouwen werden ook zes mannen opgepakt. Van hen zijn er drie weer op vrije voeten. De overigen blijven vast. Zij worden door de openbaar aanklager als organisatoren van de smokkel beschouwd. Het ging om een partij heroïne van 24 kilo.

De vrouwen verbleven meestal samen op hetzelfde adres. Deze flat op de eerste verdieping van een achterafstraatje in Delfshaven staat op naam van Anne Maria S., 27 jaar. Haar jongere zussen Licinia en Eunice en hun nichtje Linda F. waren ook vaak in de woning te vinden.

De verdenking tegen de vrouwen is niet mis: smokkel van 24 kilo heroïne. „Het verbaast me niets”, aldus het buurmeisje. „Als je zag wat voor types hier allemaal over de vloer kwamen.”

Of dat de Turkse mannen waren die samen met hen zijn gearresteerd, weet ze niet. Volgens de aanklager in Turkije maken zij deel uit van een internationaal opererende bende. De hoofdverdachte, de 47-jarige Y. C. uit Schiedam, heeft al eerder vier jaar vastgezeten wegens invoer van 12 kilo heroïne, zo werd vrijdag bekend.

Het vermoeden bestaat dat de meisjes in opdracht van de Turken drugs in hun koffers meenamen. In ruil daarvoor kregen ze een luxe zonvakantie in Antalya. Volgens de buurtbewoners waren de Kaapverdiaanse vrouwen niet rijk. De oudste van de zussen heeft twee kinderen en het nichtje heeft een baby van een halfjaar.

„Ze zijn gewoon in de maling genomen”, zegt een oudere man stellig. „Ze zijn door die mannen op slinkse manier geronseld met mooie verhalen en geld. Nou, als je arm bent, wil je ook wel eens iets nieuws kunnen kopen.” Zijn buurvrouw vindt de meisjes niet zo onschuldig. „Als iemand mij een vakantie aanbiedt met zakgeld, weet ik dat ik fout zit. Je krijgt dat niet voor niets.”

De meisjes stonden in de buurt niet bekend als crimineel. Wijkagenten hadden geen klachten over hen ontvangen. Het buurmeisje vond de zussen niettemin lastig. „Ze waren luidruchtig, draaiden harde muziek en hingen de hele dag op straat rond. Volgens mij werkten ze niet en gingen ze niet naar school.”

Zij typeert het vrijgelaten zusje Licinia S. wel als rustiger en anders. Bij een reisbureau en een muziekwinkel waar zij stage liep, reageert men verbaasd op de aanhouding. „Ik vind het zielig voor haar. Ik ken haar wel van feestjes”, meent een van de winkeliers.

De buurtbewoners balen dat Delfshaven met deze zaak weer negatief in het nieuws komt. De wijk is flink verloederd, vinden ze. „In de flat boven de meisjes is afgelopen jaar nog een hennepkwekerij afgebrand”, zegt een vrouw. „De bewoner is daarna opnieuw een kwekerij begonnen, die onlangs is ontmanteld. Ja, over wat hier gebeurt, kun je boeken volschrijven.”