Poch wordt ervan verdacht mee te hebben gedaan aan de ‘dodenvluchten’. Tijdens die vluchten in de tijd van het militaire regime van Jorge Videla werden politieke tegenstanders gedrogeerd en vanuit de lucht in zee gegooid.

Hij werd in Spanje opgepakt toen hij op het punt stond in Valencia zijn laatste vlucht uit te voeren. Spanje leverde de piloot uit aan zijn vaderland Argentinië, vanwege zijn mogelijke betrokkenheid bij zogenoemde dodenvluchten. Poch kwam eerder dit jaar vrij. De zaak kwam aan het rollen nadat hij met collega’s zou hebben gesproken over zijn verleden. Vier collega’s stapten daarop naar justitie.

Knoops heeft al laten weten de beslissing van de rechter aan te zullen vechten. „Deze beslissing gaat volledig in tegen de logica der dingen en staat bovendien haaks op de beslissing van het hof in Buenos Aires in oktober 2010, waarin het al de aanklacht tegen Julio Poch vernietigde”, licht de advocaat toe. „Daarna hebben de getuigenverhoren van januari in Nederland de aanklacht alleen maar meer ontkracht. Wij zullen verder strijden om dit onrecht ongedaan te maken.”

Er zijn twaalf getuigen gehoord, onder wie vier Transavia-collega’s van Poch. Uit de verhoren bij de rechter-commissaris is volgens Knoops gebleken, dat Poch nooit heeft gesproken over persoonlijke betrokkenheid bij de dodenvluchten. De advocaat stelt dat zijn vier voormalige collega’s inmiddels hebben toegegeven dat het hun eigen interpretatie was dat Poch zijn betrokkenheid bij dergelijke vluchten toegaf.