Opinie

Laat rijke gepensioneerden meebetalen aan AOW

Een snelle verhoging van de AOW-leeftijd is nodig. Om de volksverzekering betaalbaar te houden, zouden gepensioneerden met een substantiële pensioenuitkering moeten gaan meebetalen, betoogt Chris Baggerman.

9 June 2011 20:03Gewijzigd op 14 November 2020 15:21
beeld ANP
beeld ANP

De verhoging van de AOW-leeftijd blijft een heet hangijzer. In juni 2010 sloten de sociale partners het zogeheten AOW- en pensioenakkoord. Er lijkt nu sprake te zijn van een doorbraak als het gaat om de uitwerking van het akkoord.

De Reformatorisch Maatschappelijke Unie (RMU) erkent de noodzaak van een snelle verhoging van de AOW-leeftijd, maar pleit voor andere oplossingen dan de oplossingen die nu in een conceptakkoord lijken te zijn vastgelegd.

Urgentie

Minister Kamp zit niet op zijn handen. Hij diende deze maand een wetsvoorstel in waarin wordt voorgesteld de AOW-leeftijd in 2020 te verhogen naar 66 jaar. De Raad van State maakte echter gehakt van dit voorstel en stelde voor om het niet te versturen naar de Tweede Kamer.

Het adviesorgaan stelde dat er een te grote discrepantie bestaat tussen enerzijds de omvang en de urgentie van de problematiek en anderzijds de maatvoering en het tempo van de voorgestelde maatregelen. Simpel gezegd: Kabinet, u onderkent de problematiek, maar begint veel te laat met de verhoging van de AOW-leeftijd en verhoogt deze slechts naar 66 jaar. Een hard maar helder oordeel van de Raad van State.

Levensverwachting

Al enkele jaren vindt de RMU dat een gestage verschuiving van de AOW-leeftijd onontkoombaar is. Onder bepaalde voorwaarden is een verschuiving van twee jaar acceptabel. Wat de RMU betreft verdelen we dit over een periode van 24 jaar. Dat betekent dat ieder jaar de AOW-gerechtigde leeftijd met een maand opschuift. Stel dat deze maatregel in 2015 start, dan is de AOW-gerechtigde leeftijd in 2039 verschoven naar 67 jaar.

Sinds de invoering van de AOW in 1957 is de levensverwachting aanzienlijk gestegen. Eind jaren vijftig van de vorige eeuw bedroeg de levensverwachting bij geboorte 71 jaar voor mannen en 75 jaar voor vrouwen. Inmiddels is dat respectievelijk 79 en 83 jaar, een stijging van 8 jaar. Prof. dr. J. J. Polder, gezondheidseconoom bij het Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu, becijferde dat de levensverwachting bij geboorte per week met maar liefst 42 uur toeneemt.

Omslagstelsel

De RMU wil voorkomen dat er een rekening naar de toekomst wordt verschoven. Daarom is het essentieel dat er nu een evenwichtige verdeling komt van lusten en lasten tussen de verschillende leeftijdsgroepen.

De AOW is een omslagstelsel. Dat betekent dat de uitkeringen voor 2011 ook in 2011 door de belastingbetaler worden betaald. Wettelijk hoeven werkenden nooit meer dan 17,9 procent AOW-premie te betalen. Omdat dit nu al volstrekt onvoldoende is om de AOW-uitkeringen te betalen, wordt het tekort aangevuld uit belastingmiddelen. Zo draagt iedere belastingbetaler bij aan de financiering van de AOW.

Doordat de kosten voor de AOW jaarlijks stijgen, moet er ieder jaar vanuit de algemene middelen meer bij. Daarom heeft de RMU in haar nota ”Arbeidsvoorwaardenbeleid 2011. Werken vanuit verantwoordelijkheid” voorgesteld dat de kosten voor de AOW mede moeten worden opgebracht door de gepensioneerden met een substantiële pensioenuitkering. Zij hebben vroeger door aftrek van de pensioenpremie minder aan de AOW bijgedragen dan vergelijkbare personen zonder pensioenregeling.

Maar liefst 90 procent van de werknemers neemt deel aan een pensioenregeling en trekt de betaalde premies af. Slechts 10 procent van de werknemers heeft geen pensioenregeling. Dit geldt ook voor veel zelfstandigen.

De RMU wil met dit voorstel een eerlijkere verdeling van de lasten tussen ouderen en jongeren bereiken. Het is immers niet redelijk dat een gezin met bijvoorbeeld met drie kinderen meer loonheffing betaalt dan een gepensioneerd echtpaar bij eenzelfde bruto-inkomen.

Solidariteit

Een volledige fiscalisering van de AOW kan wat de RMU betreft in achttien jaar worden gerealiseerd. Ieder jaar, vanaf 2015, zou de loonheffing voor de 65-plusser met een royaal pensioen dan met 1 procentpunt moeten worden verhoogd.

De RMU staat met dit voorstel niet alleen. De Raad van State wijst in zijn commentaar ook op de financiering en de houdbaarheid van de oudedagsvoorziening. Versterking van solidariteit tussen generaties is noodzakelijk, stelt het adviesorgaan. De RMU sluit zich daar van harte bij aan.

De auteur is als coördinator arbeidsvoorwaardenbeleid werkzaam bij de RMU.

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer