Dat blijkt uit een onderzoek onder Friese ouderlingen door ds. S. Greving, predikant van de gkv te Alkmaar. De resultaten zijn gepubliceerd in het laatste nummer van Reformatie, het officieel orgaan van de GKV.

De ouderling zou meer aandacht willen geven aan het missionaire aspect van zijn taak maar weet niet hoe. Ook vindt hij het belangrijk om goed te kunnen luisteren en zich goed te kunnen inleven in de gemeenteleden die aan zijn zorg zijn toevertrouwd, aldus de resultaten.

Alle 250 ouderlingen en oud-ouderlingen van de afgelopen drie jaar van de provincie Friesland zijn door Greving uitgenodigd om deel te nemen aan een omvangrijke enquête. De enquête was ontwikkeld om de ambtsopvatting van de ouderling zelf te beschrijven.

Opvallend is dat de ouderling in de praktijk niet blijkt te bestaan: er zijn ten minste twee groepen, namelijk besturende en pastorale ouderlingen. Ouderlingen willen vooral naast de gemeenteleden staan en het werk samen met de gemeente doen.

In vergelijking met oudere ouderlingen zien de jongere ouderlingen zichzelf meer als „vertegenwoordiger van God.”

Het onderzoek roept nieuwe vragen, constateert ds. Greving. Zoals: is de ouderling niet uit zijn jas gegroeid? Hoe krijgen we broeders weer enthousiast voor een ambtstaak in de gemeente? Welke taken die voorheen alleen door broeders werden uitgevoerd, worden nu al of op den duur misschien door zusters overgenomen?