Hij denkt er nog over na of hij zich aansluit bij de opstandelingen. Dat heeft hij woensdag bekendgemaakt tijdens een persconferentie in de Italiaanse hoofdstad Rome.

Als aanleiding om afstand te nemen van Gaddafi, noemde Ghanem (68) het „dagelijkse bloedvergieten” in zijn land. Over de status en verblijfplaats van Ghanem was de afgelopen weken onduidelijkheid ontstaan. Sommige media meldden dat hij was gevlucht naar Tunesië, maar het regime in Tripoli sprak dat met klem tegen.

„Ik heb het land verlaten en heb besloten ook mijn baan op te zeggen en mij aan te sluiten bij de keuze van de Libische jeugd om een moderne, constitutionele staat te creëren met respect voor de mensenrechten, en te bouwen aan een betere toekomst voor alle Libiërs”, aldus Ghanem.

Als baas van de NOC vertegenwoordigde Ghanem zijn land onder meer bij bijeenkomsten van de organisatie van olie-exporterende landen OPEC. Hij behoort tot de invloedrijkste figuren uit de entourage van Gaddafi die het regime hebben verlaten sinds de opstand in het Noord-Afrikaanse land in februari begon.

Ghanem zei verder dat de olieproductie in Libië door internationale sancties vrijwel tot stilstand is gekomen. Ook zei hij dat het regime van Gaddafi onder grote druk staat, zowel van binnenuit als van buitenaf.