De bedoeling is dat het aantal gevallen van baarmoederhalskanker zal dalen. Ook de sterfte eraan zou omlaag moeten, volgens het adviesorgaan van de regering.

Per jaar krijgen in Nederland ongeveer 650 vrouwen baarmoederhalskanker. Ruim tweehonderd vrouwen overlijden er jaarlijks aan.

Volgens de Gezondheidsraad kan het aantal gevallen met ongeveer 75 dalen als het uitstrijkje een andere opzet krijgt. Het uitstrijkje is in feite een test waarmee gekeken wordt of de vrouw baarmoederhalskanker heeft, of een voorstadium ervan. De raad vindt het beter om te controleren op aanwezigheid van het HPV-virus dat de kanker veroorzaakt. Op die manier zijn de artsen er sneller bij en stijgt de overlevingskans van de vrouw.

Het blijkt dat ruim de helft van de groep vrouwen die baarmoederhalskanker krijgt, geen gehoor heeft gegeven aan de oproep om een uitstrijkje te laten maken. Volgens de onderzoekers komen vooral jonge vrouwen, allochtonen en vrouwen met een lage sociaal-economische positie niet opdagen voor de test. Ze adviseren de huisarts een grotere rol te laten spelen bij de uitnodiging. Ook moeten ze de vrouwen sneller opnieuw uitnodigen als ze verstek laten gaan.

Als het nieuwe systeem wordt ingevoerd, hoeven vrouwen nog maar vijf keer in hun leven een uitstrijkje te laten maken, in plaats van zeven keer. De Gezondheidsraad wil ook dat er een experiment komt met thuistests. Misschien helpen die om de opkomst te vergroten.

Volgens de raad zullen de kosten van het systeem om vrouwen te testen op baarmoederhalskanker (ongeveer 30 miljoen euro) niet dalen door de andere aanpak.