„Christelijke opvoeders kunnen elkaar meer steunen”
Wie Elly van der Gouwe-Dingemanse (26), gezinspedagoog bij Driestar Educatief en moeder van een zoon (1). Waarom Deze week verscheen het Gezinsrapport 2011. In een korte serie gaan (ervarings)deskundigen in op de belangrijkste conclusies uit het rapport.
Er gaat tegenwoordig meer tijd naar de kinderen dan vroeger.
„Een mooie conclusie. Ouders voeden bewuster op dan vroeger, ze maken er ook tijd voor vrij, dat vind ik mooi. Toch is het ook een vreemde conclusie, want ouders werken meer dan vroeger en zijn dus minder vaak thuis. Zelf ben ik nog een jonge opvoeder, maar ik kan me zo voorstellen dat moeders vroeger misschien minder tijd bewust aan de kinderen besteedden, maar dat ze wel veel meer beschikbaar waren. Want ook als je bezig bent met de was, de maaltijd of de afwas ben je er voor een vraag, een schone luier of een compliment.”
Ouders vinden het belangrijk dat hun kinderen leren zelfstandig te denken en te handelen.
„Ja, zo is het al jaren in Nederland, in tegenstelling trouwens tot andere culturen. In onze individualistische maatschappij zijn een eigen mening en een eigen identiteit vrijwel onmisbaar om goed te functioneren. Kinderen moeten daar dus ook bij geholpen worden. Ik vind het dan ook goed als ouders hieraan werken. Wel vind ik dat zelfstandigheid niet het belangrijkste en enige doel moet zijn. Kinderen moeten ook leren deel te zijn van een gezin, familie en maatschappij.”
De buurt en het sociale netwerk kunnen voor ouders een bron van steun vormen.
„Jazeker, contacten met andere opvoeders bieden steun. Ik ben blij dat mijn moeder niet al te ver weg woont, zodat ik haar geregeld spreek. Haar nuchterheid, handige tips en gewoon een luisterend oor helpen me vaak verder. Dat hoor ik vaker. Als moeders met anderen hun zorgen delen, blijkt vaak dat het bij anderen ook niet altijd gemakkelijk gaat. Dan voelen moeders zich gesteund en opgelucht. Dat helpt.”
Trouwe kerkgangers zijn met hun gezinsopvattingen een vreemde eend in de bijt.
„We zijn inderdaad een minderheid wat betreft gezinsopvattingen. Maar wat gezinsproblemen betreft zijn we helaas geen vreemde eend in de bijt. Er zijn maar weinig verschillen in problemen tussen christelijke en niet-christelijke gezinnen. Als christenen kunnen we elkaar vast nog meer ondersteunen, juist binnen onze scholen en kerken.”