De drie Congolezen hebben getuigd in de zaak-Katanga/Ngudjolo, de eerste moordzaak voor het ICC. Het drietal zat in Congo in hechtenis en is door de autoriteiten in Kinshasa ‘uitgeleend’ op voorwaarde dat het strafhof hen terugstuurt. Zij willen echter niet terug omdat zij vrezen voor hun veiligheid.

De drie Congolese getuigen zijn fysiek in Nederland, maar vallen onder jurisdictie van het ICC. Volgens een zegsman van de Immigratie- en Naturalisatiedienst (IND) gaat Nederland ervan uit dat het hof in eerste instantie „het nodige zal doen”. De rechters van het strafhof hebben op hun beurt aangegeven dat zij weliswaar verantwoordelijk zijn voor de veiligheid van de getuigen, maar niet over asielverzoeken gaan. De rechters hebben het probleem nog in beraad.

ICC-hoofdaanklager Luis Moreno Ocampo beschuldigt Germain Katanga (33) en Mathieu Ngudjolo (40) ervan dat zij een sleutelrol hebben gespeeld bij de moord op zo’n tweehonderd dorpelingen in het Oost-Congolese dorp Bogoro in 2003. Hun proces begon op 24 november 2009.

Het ICC is het eerste permanente internationale hof voor oorlogsmisdaden en andere zware internationale misdrijven en zetelt sinds 2002 in Den Haag. Er zijn in Den Haag al veel getuigen gehoord uit Congo en de Centraal-Afrikaanse Republiek. Voor burgers uit die door oorlog verarmde landen kan politiek asiel in een rijk land als Nederland een aantrekkelijk vooruitzicht zijn.