Onderwijs & opvoeding

Engelse christelijke scholen proberen boodschap breed uit te dragen

Ze vormen een kleine minderheid, maar proberen hun boodschap zo breed mogelijk uit te dragen. Christelijke scholen in Engeland hebben soms bijna al hun energie nodig om het hoofd boven water te houden, maar benutten ook de mogelijkheden om buiten de schoolmuren invloed uit te oefenen.

L. Vogelaar
17 May 2011 09:02Gewijzigd op 14 November 2020 15:00
Leerlingen van River School, Worcester. Foto RD
Leerlingen van River School, Worcester. Foto RD

Voormalig directeur Graham Coyle van de River School in Worcester benijdt de Nederlandse scholen om hun positie: „Zo veel leerlingen, zo veel vrijheid, steun van de kerken, een eigen onderwijzersopleiding.”

Die positie zouden de scholen moeten gebruiken om de samenleving te beïnvloeden, zegt hij tijdens een bezoek van een groep Nederlandse schooldirecteuren. „Wij zouden dat graag meer doen dan we nu kunnen doen. In Engeland maken de onafhankelijke scholen slechts 7 procent van het scholenbestand uit. De christelijke scholen vormen een nog veel lager percentage. We hebben echter invloed gehad op enkele recente wijzigingen in het curriculum die voor álle onafhankelijke scholen gelden: de vaardigheden die worden ontwikkeld, zijn veel concreter geformuleerd.”

Dr. Mark A. Pike, lector aan de lerarenopleiding van de universiteit van Leeds, onderzoekt hoe waarden en normen in het onderwijs doorwerken en welke waarde dat heeft voor de breedte van de samenleving. Hij noemt het voorbeeld van Trinity Academy, een openbare school in het vroegere mijnbouwstadje Thorne in Noord-Engeland die bijzonder slechte resultaten haalde. Veel leerlingen behoren er tot de lagere sociale klasse. Van hen heeft 95 procent geen christelijke achtergrond.

Ten einde raad deed de overheid de school over aan een christelijke organisatie. „Daardoor doet zich de voor Engeland vrij uitzonderlijke situatie voor dat christelijk onderwijs door de overheid wordt gefinancierd. De leraren mochten niet worden ontslagen, maar zijn de achterliggende vijf jaar door natuurlijk verloop toch steeds meer door christelijke personeelsleden vervangen. In die vijf jaar zijn de resultaten enorm verbeterd. Een veel groter percentage leerlingen dan voorheen stroomt door naar het hoger onderwijs.”

Volgens de docenten zijn de gehanteerde christelijke kernwaarden daarbij van invloed geweest. De school koos voor een onderwijsprogramma waarin karaktervorming aan de hand van waarden en normen centraal staat. Daarbij wordt de Bijbel nadrukkelijk als bron aangewezen.

Daar wordt overigens van twee kanten bedenkelijk tegen aangekeken, zegt Pike. „Liberalen vrezen dat de autonomie van de mens onvoldoende aan bod komt. Dat leidde tot veel negatieve mediaberichten over deze school.

Bezwaren waren er echter ook vanuit christelijke hoek. Daar leefde de vrees dat de nadruk te veel op goede werken zou komen te liggen in plaats van op Gods genade. Goed onderwijs aan de hand van christelijke waarden mondt echter niet uit in behaviorisme. Probeer die waarden en normen maar eens zes weken volledig te houden. Probeer het maar eens zes dagen. Probeer het maar eens zes uur. Het zal je niet lukken. Een mens is afhankelijk van Gods genade. Dit onderwijs gaat dus niet uit van een te positief mensbeeld.”

Binnen het christelijk onderwijs zijn er echter accentverschillen. Op Bradford Christian School, waar Pike bestuurslid is, wordt volgens hem meer beklemtoond dat persoonlijk geloof nodig is.

Christelijke scholen in Engeland proberen nogal eens invloed uit te oefenen door een open toelatingsbeleid te voeren. „Alle leerlingen zijn welkom”, zegt oud-directeur Coyle van de school in Worcester. „De identiteit handhaven we door een gedegen benoemingsbeleid. Alle sollicitanten bevragen we op hun persoonlijke wandel met God, gebedsleven, Bijbelstudie en betrokkenheid bij de kerk. Daarbij gaat het niet om volmaaktheid, maar om oprechtheid. De selectie gaat overigens min of meer vanzelf: doordat leraren hier genoegen moeten nemen met ongeveer de helft van het salaris dat hun collega’s in het openbaar onderwijs verdienen, trekken we alleen mensen die heel gemotiveerd zijn. Ze geven zich helemaal.”

Bovenbouwleerlinge Alice is een van de vele scholieren uit een niet-christelijk gezin. „Ik ben hier nog maar drie jaar”, zegt ze. „Het is hier echt heel anders. Op de openbare school kreeg ik alleen vakinhoud mee; hier ook waarden en normen, gestempeld door het leven met Jezus. Dat heeft me enorm beïnvloed. Ik was geen christen, maar nu ben ik het wel.”

Coyle heeft daar meer voorbeelden van gezien. „En als een leerling uit een niet-christelijk gezin christen wordt, volgt soms het hele gezin.”

Dit is deel 3 in een serie over christelijke scholen in Engeland.


BBC bood onverwachts steun

Een boslaantje leidt naar Oakfield House, het oude landhuis net buiten Worcester (uitgesproken als Woester) waarin de River School is gehuisvest. Op de poort staat het jaartal 1857.

Cijfersloten op de deuren en traphekjes voor de lokalen moeten ongelukken voorkomen: de oude villa is niet gebouwd voor de opvang van kleine kinderen. Een ventje, twee turven hoog, blikt omhoog naar de journalist: „That’s a tall man!”

De River School begon in 1985 met 35 leerlingen. Nu zijn het er 170, inclusief de 3-jarigen uit de kinderopvang. En de school groeit nog steeds. Omdat de kamers in het landhuis niet groot zijn, telt geen enkele klas meer dan twintig leerlingen. In elk lokaal is behalve een leerkracht ook een onderwijsassistente aanwezig.

Een rondleiding over het 11 hectare grote schoolterrein voert door de tuin –die door de leerlingen wordt bijgehouden–, langs zitjes in het bos –waar soms lesgegeven wordt–, door het vroegere arboretum –met zeldzame boomsoorten– en langs de opslag van materialen –„onze conciërge gooit nooit iets weg.” Bijgebouwtjes zijn omgevormd tot klaslokaal. De gymzaal is een vroegere stal, en het ruikt er nog naar hooi en stro.

In elk lokaal staan de kinderen netjes op als de directeur dat vraagt. Stil en gedisciplineerd werken ze daarna weer door.

Een smalle trap omhoog is de enige toegang naar een lokaal waar juist een aardrijkskundeles over Jeruzalem in de tijd van de Heere Jezus in volle gang is. Muren en deuren hangen vol tekeningen en Bijbelteksten. Vanaf hun zevende jaar leren de scholieren elke maand een Bijbelgedeelte vers voor vers uit het hoofd.

De overheid betaalt voor 3- tot 5-jarigen vijf ochtenden kinderopvang per week. Dat is de enige bekostiging die de school ontvangt. Soms komt er onverwachte steun: de omroep BBC gaf 7000 pond voor het herstel van de vijvers. Een andere instelling deed een gift voor de ontwikkeling van de ‘bosschool’. >>refdag.nl/onderwijsgb voor meer foto’s en eerdere afleveringen.

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer