Binnenland

De Harde duikt weer op

Denk je in Europa eindelijk te zijn verlost van dat lastige liberale heerschap uit Nederland, staat hij plotseling weer met die onprettige soort mathematische zelfbewustheid voor je neus. Zo ongeveer moeten de ministers van Financiën van Duitsland, Frankrijk en Italië zich hebben gevoeld toen VVD-leider Zalm vorige week na een jaar afwezigheid weer opdook in de vergadering van de Europese Ecofin-raad.

Peter van Olst
10 June 2003 10:03Gewijzigd op 14 November 2020 00:22

Ze kennen hem als ”de Harde”, een benaming die hij overhield aan zijn strikte bejegening van Italië toen dat land niet dreigde te voldoen aan de criteria voor toetreding tot de Europese Monetaire Unie (EMU). Waar anderen zich bereid toonden de hand over het hart te strijken, zette Zalm de hakken in het zand. Mede daardoor werden van Italië in 1998 de nodige begrotingsaanpassingen verlangd. Tegenover de internationale pers moest minister Ciampi eraan te pas komen om duidelijk te maken dat Zalm géén vijand van Italië was.

Die hele affaire hadden ze nog kunnen vergeten, ware het niet dat Zalm vervolgens de grootmachten Duitsland en Frankrijk te lijf ging. De Nederlandse stijfkop weigerde domweg te accepteren dat deze landen marchandeerden met de afspraken uit het zogeheten stabiliteitspact. Waar hijzelf binnenslands eindelijk kon koketteren met een begrotingsevenwicht, eiste hij buitenslands een strenge aanpak van landen met een tekort boven de 3 procent.

Er was daarom best sprake van enige opluchting toen bleek dat Zalm na de verkiezingen van vorig jaar niet terug zou komen. Als leider van de liberale fractie in het Nederlandse parlement zou de geslepen onderhandelaar, die namens Nederland miljarden wist los te peuteren van de EU, hooguit zijn eigen regering nog lastigvallen met zijn vermeende euroscepsis. In Brussel zouden ze er weinig meer van merken, was de gedachte.

Het liep echter anders. Nauwelijks een jaar na zijn aftreden, keerde Zalm weer terug in het hart van de macht. En al in zijn tweede week was hij terug op het Europese toneel. Daar trof hij vorige week maandag slechts één collega die hij in dit verband nog niet eerder de hand had gedrukt: de Finse. Alsof Zalm nooit was weggeweest.

Zijn tweede week als vice-premier begint in Den Haag op het ministerie van Financiën met het doornemen van een stapel dikke dossiers, waarvan de auteurs gespannen zijn oordeel afwachten. Tegen het einde van de middag pakt hij het vliegtuig naar Luxemburg, waar hij eerst vergadert met de schatkistbewaarders van de twaalf landen die de euro hebben ingevoerd. Vervolgens schuiven nog drie ministers aan, waardoor alle vijftien EU-lidstaten vertegenwoordigd zijn. De vijftien vergaderen formeel als gouverneurs van de Europese Investeringsbank.

Ten slotte staat er een vergadering op de agenda waar ook de ministers van Financiën van de tien nieuwe lidstaten (die nog moeten toetreden) aanwezig zijn. Maar het hoogtepunt is dan al achter de rug. Dat is immers het moment waarop het Franse begrotingsbeleid ter discussie staat. Het tekort van vorig jaar (3,1 procent) dreigt dit jaar in Parijs op te lopen naar 3,7 procent. Volgend jaar wordt het misschien nog erger. En jawel: samen met zijn Deense collega leidt Zalm het verzet. Desnoods zware boetes volgend jaar, geen uitzonderingspositie voor Frankrijk ten opzichte van bijvoorbeeld Duitsland en Portugal, die onder druk wél adequate maatregelen namen.

In Nederland mag Zalm zich de rest van de week bezighouden met de ministerraad, die druk bezig is de regeringsverklaring te schrijven. Een daadkrachtig stuk zonder tegeltjeswijsheden wordt het wat hem betreft. Ondertussen is er contact met fractievoorzitter Van Aartsen, die wil weten of Zalm het publiekelijk dwarsliggende zorgenkind Hirsi Ali soms harde toezeggingen heeft gedaan omtrent het woordvoerderschap voor emancipatie en integratie.

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer